"Als de veren het maar houden", spotte Cor, wijzend op ons
"Ja maar we nemen niet meer dan 100 kilo hoor", antwoordde ik.
donker. Mijn vader ging samen met een buurman op pad om een
boom aan de Rijksweg vakkundig om te zagen. Het leek aardig te
lukken totdat één van hen dacht iets te horen, en dan moet je wel
wegwezen. Ze doken net op tijd de sloot in, want met dat kwamen er
een paar soldaten op de fiets voorbij. De buurman en mijn vader
zaten allebei onder de prut en het nodige angstzweet maar ze zijn
thuisgekomen. En de kachel kon weer branden.
Maar dat was niet de enige keer. Er moest weer hout komen, alles
wat even verstookt kon worden was weg. Nu had een tuinder uit de
buurt een prachtige afscheiding van berkenstammetjes. Ja, en ook
die zijn prima te gebruiken en wat moet je als de nood hoog is? Dus
s nachts zijn de stammetjes een koppie kleiner gemaakt. Alles werd
in de gang onder de grond neergelegd.
De volgende ochtend staat die bewuste tuinder bij ons voor de deur,
behoorlijk kwaad natuurlijk. Hij loopt de gang in en zegt: "Wat denk
Je, meester? Heeft de een of andere hufter alle stammetjes
afgezaagd" waarop mijn vader zei: "W at een rotstreek, als ik die
druiloor in mijn handen krijg!". De arme man stond in de gang boven
op zijn eigen stammetjes.
Gerda Kuyper~B
ruschke
Mijn broer Cor en ik besloten om te gaan proberen of wij ergens
tarwe konden kopen en met een oude bakfiets trokken wij de
Schermer in, in de hoop dat wij met een overvolle bakfiets terug
zouden komen.
vervoermiddel.
Waar wij geen rekening mee gehouden hadden was het
betaalmiddel. ^V ij waren de Nederlandse gulden gewend maar daar
was niet iedereen tevreden mee. Vaak zag je bij de poort bordjes
met het opschrift: alleen goud en zilver, of een enkele keer: kleding
en dekens Van die betaalmiddelen hadden wij niets bij ons en het
speet ons dat wij de bakfiets niet gevuld hadden met turf, misschien
was daarmee handel te drijven geweest, dachten wij toen.
53