40
de Bergerw eg. Piet bestelde 25 zachtgekookte eitjes bij de eigenaar
en die moest bukken toen de mannen er mee begonnen te gooien.
Bij een wedstrijd van het Nederlands elftal in het Oly mpisch stadion
in Amsterdam werd het nodige gedronken en dat moest je natuurlijk
weer kwijt. Aan de waterkant dan maar. Maar toen enkele
opgeschoten jongens rotjes afstaken in zijn buurt, schrok Piet daar
zo van, dat hij voorover in het water tuimelde. Piet heeft ook
jarenlang het snoeptentje beheerd bij het oude voetbalveld aan de
Dusseldorperweg.
Bij een uitwisseling van jeugdspelers tussen Reusel en VV Li mmen,
was een knaap eens zo vervelend om elke keer een voet tussen de
deur te zetten. Zoon Kees werd zo kwaad, dat hij de knaap een
oplawaai verkocht. Die krabbelde wat versuft overeind en deelde
een klap uit aan de dichtstbijzijnde witte jas, die hij zag en dat was
vader Piet. Zijn hele gebit was aan diggelen.
In de winter als het stevig gevroren had, stond hij met koek en zopie
op het Stet. De melkbus met warme chocolademelk stond op het ijs.
Dat begon natuurlijk langzaam te smelten en te kraken en toen er
ook nog eens een twintigtal jongeren omheen kwam staan zakten ze
tot hun knieën door het ijs.
Op mooie zomerdagen reed Piet op de transportfiets met JLO
motortje en met voorop de mand met zijn kinderen en achterop zijn
vrouw naar het strand. Met elf kinderen moet je dan wel een paar
keer heen en weer rijden en als de laatste gebracht was, had de
man nog geen rust, want dan moest de eerste al weer terug, omdat
hij door een kwal gebeten was.
Ook de ritjes met zijn vrouw achterop waren een compleet
toneelstuk. De brommer werd bijna achter in de keuken gestart,
waar Fie achterop stapte en zo reed hij dan de voordeur uit.
Onderweg was hij haar eens kwijt geraakt. Hij moest stoppen voor
een stoplicht, maar hij had niet in de gaten dat Fie was afgestapt.
Nietsvermoedend was hij daarna zonder haar doorgereden, tot hij
merkte dat ze niet meer achterop zat.
Na de kermis gingen zij meestal een week op vakantie naar
Terschelling, maar meestal waren ze voor het weekend weer terug.
Met zijn latere vrienden Gerrit Dekker, de schilder, Jaap Groot van
de Schoollaan, Toon van der Steen en IJs B loedjes ging hij vaak