ze de Deense vlag in top, zo van: "mensen, we zijn er". Daar werd je
bloedheet, wel zo'n dertig graden en dan moest je orchideeën
verpotten in zo'n vochtige lucht. Sommige collega's konden daar
jullie is het zeker altijd zo heet".
wat. Naar aanleiding daarvan vroeg die dame: "Waar komen die
jongens nou vandaan?" "Uit Holland", zei ik. "Geweldig, dat u dat
kunt verstaan, die rare taal", zei ze.
eens meegaan naar de vrijhaven?" Daar lagen coasters, onder
gezellig door bijvoorbeeld Arne op een koppie uitgen odigd.
Na die strenge winter volgde een prachtige, hete zomer. Het was
helemaal niet tegen, ik gelukkig wel. Eén van de kinderen zei: "Bij
Er waren vier jongens uit Limmen, onder andere Henk van der Eem
en John Kuys, met een sportvliegtuigje naar Denemarken gevlogen.
Later in de tram zat ik naast een Deense dame en ik kwam in
gesprek met haar. Eén van de jongens, die achter mij zat, vroeg mij
Geloof
Op de vraag welk geloof ik had, werd mij gewezen waar een
Katholieke kerk stond. Daar was een Duitse pastoor, maar die
preekte wel zo slecht, er was niets van te verstaan. Dus ging ik mee
naar de Evangelische-Lutherse kerk, dat is de Deense staatskerk,
en daar voelde ik me thuis. Op elke plaats van de bank stond een
eierdopje. Al s je dan te communie ging, nam je dat eierdopje mee
voor een beetje wijn. Daarna zette je dat eierdopje op zijn kop op je
bank; zo wist men dat hij gebruikt was. Ik was altijd al
geïnteresseerd in volkerenkunde en omdat ik inmiddels goed Deens
sprak, werd ik vaak bij de mensen thuis uitgenodigd. Je hoorde erbij.
Zo kon ik echt leren en proeven, wat voor de Denen belangrijk was.
Je bent gelijkwaardig en dat is ook heel belangrijk bij het zaken
doen.
St om
In Denemarken werd op sigarettenpapier, vloei, belasting geheven.
Op een gegeven moment vroeg ©©n van die jongens: Kan je praten
met die jongens op die Nederlandse en Belgische boten Wil je dan
andere uit Groningen. Ik ging mee daar aan boord om te vragen of
zij sigarettenpapier te koop hadden. Zij hadden sigarettenpapier en
dat wilden ze ruilen voor kleding, niet voor geld, want kleding was
toen nog in Nederland op de bon. Er werd een prijs afgesproken.
14