Jaargang nr. 24 2010
fiets getrokken en moest ik beloven katholiek te worden. Wanneer ik
dat niet onmiddellijk en met volle overtuiging beloofde, was de kans
groot dat ik bekogeld werd met de paardenvijgen, die altijd wel
ergens op de klinkerpaden midden op de grindweg lagen. In die tijd
waren alle wegen in Limmen, met uitzondering van de
Rijksstraatweg, grindwegen met in het midden een klinkerpad, dat
een stevige ondergrond vormde voor de paardenhoeven.
Tijdens de oorlogsjaren vond er een soort verbroedering plaats
waardoor het bijvoorbeeld mogelijk was dat er kort na de oorlog door
een dansschool uit Alkmaar in Café Friesland dansavonden
georganiseerd werden, waaraan zowel katholieken als protestanten
deelnamen. Mijn ouders namen daar met hun vrienden Jaap en Jo
Kroone ook aan deel. Dit ging korte tijd goed, totdat mijnheer
pastoor er lucht van kreeg en van de kansel verkondigde, dat het
niet paste dat katholieken samen met ongelovigen op dansles zaten
(heden ten dage worden dergelijke woorden nog wel eens geuit
door sommige imams). De geest van de oecumene was echter niet
meer te stoppen. Een aantal jaren later zou de oecumene definitief
zijn plaats krijgen in de Limmer gemeenschap toen de organist van
de Nederlands Hervormde kerk, Koeman, het orgel in de katholieke
kerk ging bespelen.
Arnold Uijlenhoet
Teteringen (N.B.)
56