Jaargang nr. 24 2010
De oorlog kende ook hilarische momenten. Mijn ouders namen het
standpunt in dat zolang wij klein waren de achtertuin door ons als
speelruimte gebruikt kon worden. Met onze vriendjes groeven wij er
loopgraven en vochten wij er onze eigen oorlogen. Op en dag stuitte
ik bij het graven op een fietsframe. Terwijl ik in verbazing naar de
vondst stond te kijken, klonk er vanuit het bovenraam in ons huis
een geagiteerde stem: "Gooi dicht dat gat, gooi onmiddellijk dicht dat
gat". Het was de stem van Henk van der Wal, de zoon van
veldwachter van der Wal, die met zijn vrouw bij ons inwoonde. Het
bleek dat Henk de fiets kort daarvoor had gestolen van een Duitse
soldaat, die in het badhuis aan de Schoolstraat aan het douchen
was. Om te voorkomen dat zijn fiets gestolen zou worden, had de
Duitser het stuur van de fiets mee naar binnen genomen. De man
moet gek gekeken hebben toen hij met het stuur naar buiten kwam
en geen bijpassende fiets meer kon vinden.
De oorlog had ook positieve effecten op de Limmer samenleving.
Door de oorlog werden verschillende groepen van de Limmer
bevolking tot elkaar gebracht, mensen uit verschillende buurten en
katholieken met protestanten. Toen wij in 1940 in Limmen kwamen
wonen, werden wij met wantrouwen bekeken. Raar volk uit de grote
stad Amsterdam. Niet katholiek en onzedelijk. Hun oudste zoon (dat
was ik, toen vier vaar oud) liep in een onzedig badpak voor iedereen
zichtbaar in de tuin (zie foto). Nu zou men hartelijk lachen om het
oerdegelijke gebreide badpak van
Tweka, dat het grootste deel van
mijn lichaam bedekte.
De wederzijdse achterdocht tussen
katholieken en protestanten was in
het begin groot. Katholieken deden
hun inkopen bij katholieke winkeliers
en protestanten, voor zover
mogelijk, bij protestantse winkeliers.
Wanneer ik voor mijn moeder
boodschappen moest doen in de
Kerkweg, deed ik dat bij voorkeur
niet op momenten dat de katholieke
school uitging. Wanneer dit wel
gebeurde, werd ik vaak van mijn
55