Jaargang nr. 24 2010 doorzocht, waarbij mijn vader voor moest gaan om deuren te openen. Kennelijk waren de moffen bevreesd voor bewapende onderduikers. De zoektocht leverde niets op. Toen mijn moeder zich excuseerde en zei dat ze het koud had en weer naar bed ging, waren de moffen duidelijk overtuigd dat er bij ons niets te vinden was. De aanslag op een Duitse auto in het Heilooërbos op 9 september 1944, waarvoor Cor Nuyens werd opgepakt, is waarschijnlijk een aanslag waarbij mijn vader betrokken was. Ik herinner mij een verhaal van hem, waarbij hij vertelde hoe hij met nog iemand van het verzet een draad met explosieven (kappertjes noemde hij deze) over de weg tussen twee bomen spande. Van de inval bij de familie Hollander aan de Westerweg in april 1945 herinner ik mij dat een groot deel van de familie op een gegeven moment in consternatie bij ons in huis verscheen. Het was niet verbazend dat deze inval plaats vond. Meerdere leden van het gezin van Ko Hollander waren actief in het verzet. In een boekje dat ik kortgeleden ontdekte, "Witte Ko, herinneringen uit het gewapend verzet" worden Ko Hollander en zijn dochters Alie, Jo en Mien genoemd. Het boekje is een verslag van een interview dat Otto Kraan, personeelschef bij de Hoogovens, de oud-medewerker van de Hoogovens en verzetsheld Jan Brasser in 1982 afnam. Jan Brasser was onder de schuilnaam Witte Ko een leidende figuur in de Raad van Verzet, die samen werkte met mensen als Hannie Schaft (het meisje met het rode haar), Jan Bonekamp en Gerrit van der Veen. In het boek wordt verteld, dat Jan Brasser zijn eerste pistool kreeg van Ko Hollander, die het zelf weer gekregen had van kapitein Rommel uit Castricum. Verder staat er in het boek een uitgebreide beschrijving van de bevrijding uit het Wilhelminagasthuis van de verzetstrijder Daan Stapper door Jan Brasser en Ko Hollander. 14

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 2010 | | pagina 15