Jaargang nr. 24 2010
golfjes tegen de boeg en het geluid van eenden en meerkoeten was,
naast de stem van ome Cor, hoorbaar.
Die dag kwam ik, tot schrik van mijn ouders, smerig, kletsnat,
stinkend, moe doch voldaan thuis.,
Ome Cor waste het vuil af onder de douche en stopte mij onder de
wol, waar ik gelukzalig droomde over een dagje varen met mijn ome
Cor van der Steen, een bijzonder mens.
Het dagje varen heeft mij geïnspireerd tot het volgende gedicht:
Varen
Kon ik nog maar eenmaal met je varen,
Kijkend naar je zwarte krullen in de ondergaande zon,
Samen deinend op de glazen baren,
0, als dat nog éénmaal kon.
Konden wij nog één keer samen varen,
Via Laandervaart naar Overdie,
Alwaar pannenkoeken op een vuurtje laten garen,
Ach, kon dat nog maar voor.'n uur of drie.
Maar hier valt niet meer samen te varen
Voorbij de tijd,
Voorbij de ruimte,
Vaar jij nu door oneindigheid,
Daar zullen wij ook eens eeuwig varen,
Met z'n allen, voor altijd.
Theo Adrichem
12