Jaargang nr. 23 2009
Het visrecht in de wateren rond het Limmerdie behoorde aan Teun
Dill uit Akersloot. Hij was de enige die daar fuiken mocht zetten en
wat Haring deed was dus clandestien.
De fuiken van Dill waren vastgezet met lange stokken en daardoor
goed zichtbaar voor gebruikers van de vaarwegen.
Schipper Jan Kuyper
Aan de Middenweg, nabij het bokkepadje woonde het gezin van
Kuyper. Jan's eerste vrouw, die hem twee zonen schonk, was
overleden en hij was daarna getrouwd met Immetje Hollander die
hem nog een zoon schonk die de naam Engel kreeg.
Maar in ons verhaal doet die niet mee want als hij er al was dan was
hij niet meer dan een baby. Nee het gaat om de twee jonge binken,
Klaas en Dirk. Die bengels voeren mee op de vlet van vader Jan
Die vlet was het vrachtschip waarmee Jan Kuyper zijn brood ver
diende. Er zat in die dagen nog geen motor in maar wel was er een
zeil mee om als de koers gunstig op de wind lag, de wind voor de
voortstuwing te laten zorgen. Bij ongunstige koers moest er worden
gejaagd of gekloet. Voor die voortstuwingen moesten de jongens
dan zorgen. Klaas en Dirk waren sterke jongens, maar erg veel
ouder dan 13-14 jaar zullen ze niet zijn geweest. Voor die tijd was
dat een leeftijd om in het arbeidsproces te worden opgenomen.
We gaan nu even terug naar het bokkepadje. Om eten te kunnen
koken hadden de mensen vaak een fornuis dat op hout werd ge
stookt. Bertus Haring was bezig en houtje klein te krijgen, maar zijn
oude hakmes was vreselijk stomp en het hout mogelijk nogal
kwasterig. In ieder geval kreeg hij de pest in omdat het zo slecht
ging. Even verderop zag hij buurvrouw Immetje, zeer ontspannen
wat houtjes fijn slaan met een bijltje en het leek dat kleine vrouwtje
geen enkele moeite te kosten.
Daar wilde Bertus het geheim van weten. Hij liep naar haar toe en
zag dat prachtige haarscherpe bijltje van Immetje. Na wat
burenpraat vroeg Bertus of hij het even mocht lenen om zijn
halsstarrige houtjes klein te krijgen.
Immetje was een heel lief en goedhartig vrouwtje; zij bedacht zich
geen seconde en gaf haar gereedschap uit handen aan haar
buurman.
49