Jaargang nr. 23 2009
in het klooster ging. Eigenlijk was hij blij toen ik uittrad. Hij zei: "Ik ben blij
dat jij je gezonde verstand nog hebt".
In Den Helder heb ik mijn stafopleiding gedaan, dat was een
opleiding van twee jaar. Daarvoor moest ik eens per maand drie
dagen naar Utrecht. Voor de rest was het thuisstudie. Die opleiding
moest je volgen voordat je hoofd kon worden van een afdeling. Mijn
scriptie had als onderwerp 'moeder en kind'. Ik heb 11 jaar in Den
Helder als verloskundige gewerkt. Toen werd ik overgeplaatst naar
het Fransiscus Gasthuis in Rotterdam en kwam op de afdeling
urologie. Het was de bedoeling dat ik de eerste zes weken alleen
maar zou leren, maar na tien dagen moest ik het overnemen als
hoofd van de afdeling. Ik vond het best heel moeilijk de eerste tijd in
Rotterdam. Het enige wat hetzelfde was: ik
bleef wel onder de gordel! Zo'n afdeling
had een zaal met 26 bedden, een klein
zaaltje en dan nog een serre met vijf
bedden. Het Fransiscus Gasthuis was niet
van onze congregatie. Ik werkte daar in
loondienst. Omdat ik het moeilijk vond, heb ik opgebeld naar de
congregatie en zei: "er staat in onze constitutie (huisregels van de
Orde der Augustinessen), dat alleen oudere, betrouwbare zusters
hoofd mogen worden van zo'n afdeling. Ik ben jong en misschien
helemaal niet betrouwbaar!" Er veranderde niets aan.
Tijdens de jaren in Rotterdam heb ik de docentenopleiding in
Nijmegen gedaan. Daarmee mocht ik lesgeven en examens
afnemen. Mijn dagen in die tijd bestonden uit werken in het
ziekenhuis van half zeven tot half negen, daarna de hele dag
lesgeven, pullen opvangen, 's avonds om zes uur naar de kerk in
Rotterdam, dan naar huis om te eten en daarna alle examens
voorbereiden en nakijken. Het was altijd hard werken, ik heb er veel
van geleerd.
Ik heb geen enkele rancune over mijn kloostertijd, het was een goeie
tijd. Toch waren de grenzen voor mij persoonlijk moeilijk. Achteraf
realiseer ik me, dat mijn vader in de tijd dat ik in Den Helder was wel
eens zei: "Je hoeft hier niet te blijven, hoor". In de tijd dat ik in
Rotterdam was, zei hij nooit iets daarover. Misschien voelde hij toen
21
Ik bleef wel onder
de gordel!