Jaargang nr. 22 2008
boot naar buiten te krijgen. Eentje die ook bij Valkering werkte, net als mijn vader,
Cor van Job (Zonneveld) genaamd, heeft er een gedichtje over geschreven. Het
heeft ook in een krantje gestaan. Ik denk dat het zo ging...
Halló Halló
Nu kunt ge varen
Zo als wellicht niet ieder weet
De boot van Hannis is gereed
En is iedere dag van 5 tot 10
Op het erf bij Cor Groot te zien
Moeite noch koste zijn gespaard
En het werk is een bezoek dubbel waard
Hoe de eigenaar zich laat ontbieden
Zal tewaterlating op Stet geschieden
Met de muziek voorop gaat men er henen
De Harmonie zal zijn medewerking verlenen
Dan wordt verzocht, zoals groot en klein
Bij de plechtigheid tegenwoordig te zijn
De eerste reis in het kille nat
Zal zijn naar de Marine stad
En valt het weer een beetje mee
Dan gaan ze terug over de Noordzee
Er is plaats voor een man of zes
Wij wensen hen met hun reis succes
Wij kinderen gingen met die boot op het Stet varen. Eigenlijk mocht het niet, vader
had hem aan de ketting gelegd. Maar wij kinderen trokken het paaltje uit de grond en
gingen toch. Toen mijn vader het ontdekte, moest hij er alleen maar om lachen."
Het was wel een eind lopen naar school?
"Ja, zo'n drie kwartier. We moesten het spoor over. Ik herinner me nog van mijn
broertje Johan, die was een keer onder de slagboom van de trein gekropen. Mijn
oudste zuster rende erop af. Moeder, die net voor de ramen stond, die riep: "Oh God,
daar gaan mijn oudste
47