Jaargang nr. 22 2008 weg moest je keren bij een soort driehoek. Daar liep ook een greppel naast, waar je natuurlijk prompt inreed. In die tijd heerste ook de Spaanse griep. Je kreeg erge bloedneuzen bij deze ziekte. Iedereen bij ons lag in bed, alleen moeder niet. De mensen, die nog goed waren zeiden dat het helemaal stil op straat was. De malariakoorts heerste ook. Je kreeg om de andere dag op precies dezelfde tijd hoge koortsen. Hier kreeg je pillen voor. Mijn broer Piet ging trouwen in Obdam met zijn Geertje Leek. Dat was toch ook een hele gewaarwording. Het hele stel moest met de trein naar Obdarn. Vanuit Limmen gingen we eerst met de "Jan Plezier" naar Alkmaar. Dat is een soort paardentram of koets, met banken aan twee kanten. De hele bups moest daarin. Op het station kocht moeder een rits kaartjes en die moest je vooraf weer bij een spoorman laten knippen. De bruiloft was bij de ouders van Geertje thuis. Elke zondag gingen we naar de kerk en 's middags om twee uur wéér, dan was er Vesper. We droegen naar de kerk altijd een hoed. Daarna gingen we koffie drinken en wandelen of we gingen naar de Kattenberg in Heiloo. Op zondag zongen daar altijd de heilsoldaten. Is Avonds ging je kaarten kreeg je een kopje water "socola "en dan moest je weer vroeg je bed in. Ik diende bij ene Vrouw Hoogenboom. Zij ging trouwen, toen ik nog bij haar in dienst was. Ik sliep altijd bij haar in bed, raar eigenlijk, maar dat was gewoon zo. Toen ze trouwde, kreeg ik een eigen slaapkamertje. Op een keer, kwam haar man bij mij in m'n kamertje. Hij zei, ga jij maar weer bij haar in bed liggen, maar dat deed ik mooi niet. Ze losten hun moeilijkheden zelf maar op. In haar winkeltje mocht ik boodschappen en froufroutjes afwegen. Ik at dan stiekem de kapotte koekjes op. Die lustte ik zo graag. Ik weet ook nog, dat we door een oliekacheltje de winkel helemaal onder de loef hadden gezet. Wat hadden we er een werk aan om de troep weer schoon te krijgen. Ik heb ook in een huis van een gegoede familie gewerkt. In hun salon lag hele mooie vloerbedekking. Daarop moest ik theebladeren strooien, die moest je opschuieren en dan opvegen. Je werkte 40

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 2008 | | pagina 41