Jaargang nr. 21 2007
De datum 1 mei 1909 heeft nog een belangrijke historische betekenis. Bij koninklijk
besluit werd bepaald dat vanaf die datum op alle openbare klokken in Nederland de
Amsterdamse zonnetijd moest zijn aangegeven. Het was nl. een onmogelijke chaos
geworden met al die plaatselijke zonnetijden toen de spoorwegen tijdtabellen
moesten maken. Die maakten dus maar alles in Greenwich zonnetijd, zoals België
gedaan had. Maar dan moesten de reizigers steeds weer omrekenen wat dat voor
hun eigen zonnetijd was. Om gek van de worden! Kuyper kreeg dat al in 1903 op zijn
ministerie, maar hij zag het probleem misschien niet of hij benoemde een commissie
om het te bestuderen, maar er gebeurde niets.
Tot Heemskerk ermee aan de slag ging en de Amsterdamse zonnetijd het tot de
oorlog in 1940 heeft uitgehouden. De heersers van het derde rijk beslisten toen dat in
het grote duizendjarige rijk overal de Berlijnse zonnetijd zou gelden.
En, 0 ironie, het is zo tot op de huidige dag, terwijl het "duizend- jarige rijk" al in 1945
de kraaienmars had geblazen. Als het nu in Berlijn 12 uur is, dan is het bij ons in
Amsterdam 11.20 uur zonnetijd, maar ons klokje staat braaf op 12 uur.
In de politiek van die tijd springt vooral in het oog dat er voortdurend strijd werd
gevoerd voor algemeen kiesrecht.
Wel was het censuskiesrecht afgezwakt, maar vooral de confessionele partijen
wilden niets weten van alge-
Theodorus Heemskerk
5