Jaargang nr. 21 2007
Het was altijd aanpakken?
Natuurlijk, maar dat was bj iedereen zo. In de huishouding helpen maar
ook bj mijn vader in de tuin. Wieden, bonen en aardbeien plukken; er
was alt[jd werk.
Dat meehelpen in huis vond ik helemaal niet erg maar in de tuin helpen
dat vond ik niet leuk. Overal dat zand, dat was niets voor mj. Daarom
wilde ik nooit op mjn knieën bj het aardbeien plukken, maar dan stond ik
voorover gebogen te plukken. Mjn vader werd dan boos en zei: "Stop
daar es effe mee, je kjk alles in!' Dat had geen pas natuurljk, ik moest
op mjn knieën.
Als het plukken klaar was dan kwam er een man om de aardbeien te
keuren en te wegen. Hij bracht ze dan naar de veiling. Moeder zei dan:
"Als het meevalt krijgen jullie een ei'
Voor Sinterklaas had ze voor alle meiden een nieuw schortje en voor de
jongens een rode zakdoek; daar was je dan wat blj mee.
Wist u toen al dat u naailerares wilde worden? Welnee, ik dacht daar
helemaal niet aan, het is vanzelf zo gelopen. Mjn moeder kon heel goed
naaien, daardoor leerde ik het ook al vrj snel. Ik naaide veel voor oudere
mensen en dan liet ik de patronen maken bj een modevakschool in
Alkmaar.
De mevrouw van de modevakschool vroeg me een keer: "Waarom doe jij
geen examen, je kan gelijk voor het examen coupeuse gaan.' Het
diploma costumière mocht ik dus overslaan. Maar ik moest wel 1 a 2
middagen per week naar Alkmaar. Later heb ik ook nog het
lingeriediploma gehaald.
De opleiding werd gegeven via de zgn. "Dankerts-metbode"; dat was ook
de naam van de modevakschool. Het examen werd afgenomen in Den
Haag. Het examen, coupeuse en mantelvak duurde vjf dagen. Je moet
rekenen dat je in die 5 dagen
patronen moest tekenen, stoffen knippen, naaien en alles wat daarbij
komt. En dan was je lang niet de enige, dus er was niet altijd een
naaimachine vrj. Laat ik nou net de pech hebben dat
54