Jaargang nr. 21 2007
In gesprek met. Kees en Lida Kaandorp,
bollenboeren in Frankrijk
Eerst maar beginnen met een rondje voorstellen?
Veel Limmers kennen ons wel, ik ben een zoon van Arie Kaandorp van
de Oosterzjweg. Ik ben opgegroeid tussen de bollen. Lida komt uit
Ursem, zij hadden thuis een café en een winkel.
Wij zijn in 1970 getrouwd en hier in Limmen samen begonnen, dat heeft
zo'n 5 jaar geduurd.Toen kwam voor ons de mogelijk- heid om in
Julianadorp 5 ha. bollengrond te kopen; later hadden we daar 10 ha.
grond.
We waren naar verhouding maar een klein bedrijfje, we werkten nog met
gaasbakken. De ander bedrjven werkten al met kuubs- kisten.
Zodoende kreeg ik de naam "Gaasbakken-Keessie" Er was eventueel
wel meer grond te koop in Noord-Holland, maar dat was onbetaalbaar.
Zodoende was bij ons het plan ontstaan om op vakantie te gaan om zo
eens over de grens te gaan kjken wat er zoal te koop was. Twee dingen
waren daarbij belangrijk: ten eerste moest het zand- grond zijn en ten
tweede aan de kust, een zeeklirnaat is belang- rjk. Zodoende kwamen
we in Bretagne terecht. Daar waren twee franse bedrjven, die bollen
teelden volgens de Hollandse technieken en daarvan stond er één te
koop. Dat bedrjf had moeite met de afzet, hetgeen voor ons juist een
pluspunt was. Contact met Nederland was voor ons gemakkeljk, binnen
een dag was je met de auto 'thuis'. Ons ideaal was daar een mooi groot
bollenbedrjf opte zetten. Financieel was hetvoor ons daar veel
aantrekkeljker.
Het was keihard werken zeker?
Dat kan je wel zeggen; van 's morgens vroeg tot 's avonds laat was je
bezig. Vaak dachten we: "Waar zjn we aan begonnen!" Als er machines
stuk waren dan had je een probleem, want je
26