Jaargang nr. 21 2007
uitnodiging van de Oostenrijkse keizer Maximiliaan II om naar Wenen te komen.
Deze uitnodiging hield in dat Clusius zou worden benoemd tot Praefectus van de
keizerlijke medicinale kruidhof-tuin van Maximiliaan II te Wenen, met de opdracht
deze zelf in te richten.
Omdat Clusius geen eigen woning in Wenen had, kon hij inwonen bij een professor
in de medicijnen, zodat hij zich daar zeker thuis gevoeld zal hebben. Hij kreeg wel de
beschikking over een eigen kleine tuin, waar hij de door hem meegebrachte zaden
en bollen kon planten en bestuderen.
De Clusius planten verzameltochten bleven niet beperkt tot de omgeving van Wenen,
maar ook verdere gedeelten van Oostenrijk en zelfs Hongarije werden bezocht. Daar
maakte hij kennis met iemand waar hij een zeer vriendschappelijke relatie mee
opbouwde en met wie hij ook enkele reizen maakte. Deze vriend ging voor Clusius
naar Turkije, op de vele geruchten af over tulpen.
Toen hij daar aankwam, in een bepaald gedeelte, kwam
hij bedrogen uit, er was een opstand uitgebroken. De
sultan die in dat gedeelte van het land heerste, had al de
belastinggelden van de burgers besteed voor de
aankoop van langstelige tulpen met smalle bloembladen,
die zich naar buiten buigen. Tegenwoordig noemt men
deze 'lelie-bloemige tulpen'. De sultan werd gevangen
genomen en tot de strop veroordeeld. Vanwege zijn
hoge positie mocht hij kiezen tussen 'n strop van touw
Suleyrnan de Pracht- lievende.
Niet degene die de strop kreeg.
19