Jaargang nr. 21 2007
NIET ALTIJD ZONNESCHIJN
Als ik aan mijn jeugd terugdenk, doemen ook minder gunstige omstandigheden in
mijn herinnering op.
Zo was er vóór de oorlog jarenlang een enorme werkeloosheid in Limmen. Ondanks
dat ons gezin buiten schot bleef, hadden wij er alle begrip voor. Elk jaar was het
vaste prik dat de arbeiders bij de bollen bedrijven van bv. Valkering, Van 't Hof
Blokker en Kieft, rond Sinterklaas de 'acht dagen' kregen.
Dat hield in dat ze meteen naar huis konden met nog één week- loon. Zie dan maar
de hele winter door te komen met een schamele uitkering. Er werden nog wel
voedselbonnen verstrekt wat enige soelaas bood.
Ik zie het nog voor me, die langwerpige blikken gehakt in gelei. Ik herinner me nog
de namen van mensen die goed werk hebben verricht en ook de kerk liet zich niet
onbetuigd. 'T vreemde van de situatie was dat vrijwel dezelfde mensen in het
voorjaar weer aan de slag gingen bij dezelfde bedrijven. Er was geen alternatief.
Wel moesten vooral jongere werkelozen gaan werken in de nieuwe polders, de zgn.
Zuiderzeewerken. Op zondagmiddag vertrokken ze met bussen uit Limmen.
Uitgewuifd door de gezinnen en andere dorpsgenoten leek het erop alsof het een
verlaat schoolreisje of een vakantietrip betrof. De werkelijkheid was heel anders.
Wekenlang moest er in erbarmelijke omstandigheden gewerkt worden. De
voorzieningen waren armzalig en de huisvesting krakkemikkig. Ik vrees zelfs dat er
lieden aan ten gronde zijn gegaan als gevolg van dysenterie en tuberculose.
Chris Bakker
16