Jaargang nr. 21 2007
Het raadslid Cor Vis had zich mateloos geërgerd aan het veel te hard scheuren met
auto's en ander snel tuig door ons dorp. Hij vroeg om het instellen van een maximum
snelheid door het dorp. De voorzitter antwoordde dat zoiets alleen kon binnen een
'bebouwde kom'. en zoiets had Limmen niet. Als dat zo was zou een maximum
snelheid van 12 km kunnen worden ingesteld. Onze Straatweg was daarvoor te dun
bebouwd en daarom kon je niet van een bebouwde kom spreken.
Het eenvoudige leven
Het is voor ons moeilijk voor te stellen, maar het dagelijkse leven zag er aan het
begin van de vorige eeuw totaal anders uit.
Er was geen elektra, geen gas en waterleiding, om over riolering maar te zwijgen. Er
werd gekookt op een fornuis of op een petroleumstel. Die had je vroeger van één-,
twee-, drie- of vier- pitstoestellen. Het aantal pitten was afhankelijk van het doel
waarvoor ze werden gebruikt. Dat kon zijn: warm houden op één- pits- tot koken van
flinke hoeveelheden op vier pits toestellen. Op de één pits stond vaak een koffiepot
de hele dag te pruttelen. Het werd daarom ook wel het "theelichtje" genoemd.
Petroleum werd ook gebruikt voor de verlichting in huis. Er bestonden olielampen in
zeer veel verschillende maten. De huiskamerlamp hing aan de zoldering, aan een
van de balken boven de tafel. Die lamp kon je hoger of lager laten hangen; door een
schijfje met een ketting kon je die stellen en naar beneden halen om te vullen met
olie.
Maar er waren ook lampen met één pit en die waren voorzien van een lampenglas
ter bescherming van de vlam. Met die lampen kon je door het huis lopen en op
gewenste plaatsen neerzetten. Er waren ook schemerlampen. Daar had men een
hekwerkje of rekje op gemonteerd en daar een sierlijk kapje overheen ge-
9