Jaargang nr. 19 2005 herhaalde zij meerdere malen. Ik heb haar vaag gekend als een heel oud vrouwtje, al dementerend. Zij woonde toen in haar eigen huis, waar haar zoon Kees, die inmiddels was getrouwd met Leentje Mulder uit Heiloo, ook woonde en het bedrijfje van zijn vader voortzette. Kees en Leentje hadden één zoon, Piet, die naar zijn opa was vernoemd. Deze Kees was 'de Kod', waarover we het hiervoor al hebben gehad. Omdat er meer dan één Piet Dekker was werd zoon Piet dan ook 'Piet de Kod' genoemd. De ouderen onder ons zullen zich Piet herinneren. Hij was een talentvol schaarser, maar ook in dammen, kaarten en biljarten was Piet zeer bedreven. Een ijselijke begrafenis Maar nu terug naar de begrafenis in 1929. Peet Geert was toen 90 jaar oud. Het vroor vreselijk hard en mogelijk heeft die felle kou haar dood bespoedigd want de halfsteens muurtjes van de huizen uit die tijd boden maar weinig weerstand tegen de felle noordooster. Ik was toen een dreumes van 5 jaar oud en stond met mijn moeder veilig achter het raam te kijken toen de rouwstoet voorbij trok. Wij woonden ook aan de Visweg, in het huis nabij de vijfsprong. "Dat is toch verschrikkelijk"' verzuchtte mijn moeder toen zij de rouwstoet aanschouwde. Wat er zo verschrikkelijk aan was drong niet tot mij door; ik had immers geen verstand van uitvaarten. Het was nl. de eerste begrafenisstoet in mijn jonge leven en voor mij was het belangwekkend genoeg. Het was luguber en dat is voor een kind ruim voldoende want een kind wil griezelen, dat hoort er bij. Toen mijn vader, die een van de dragers was geweest, weer thuis kwam en mijn moeder hem het verwijt maakte dat het er zo afschuwelijk had uitgezien, kwam het verhaal. 57

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 2005 | | pagina 58