Jaargang nr. 19 2005
het wel in die tijd zien. Eén bewoner vertelde dat, toen zijn vrouw was overleden, hij
naar het Maria-Oord was verhuisd omdat hij daar verzorgd werd. Toen zijn vrouw
overleed was hij 59 en hij is bijna 100 geworden. Dus 41 jaar vaste bewoner.
Ik weet nog dat het zustertje wat altijd voor de mannenafdeling zorgde, heel lief
bedacht hoor, maar om ze wat afleiding te bezorgen had ze een poes aangeschaft
voor de mannenkamer. Het arme dier hing na een dag of vier in de boom en ik weet
wel zeker dat het zustertje de enige was die hem daarna miste.
Ook nog een aanvaring, of een flater of hoe je het noemen wilt, gebeurde met het
eerste kerstfeest. De laatste week voor kerst werd er in de keuken van alles door de
Limmers bezorgd. Hazen, konijnen, fazanten, noem maar op. Ik zat dat alles zo eens
te bekijken en ben lekker aan het bakken geslagen. Je begrijpt dat de bewoners
hebben gesmuld, eerste kerstdag. Voor de zustertjes had ik tournedootjes gemaakt
en voor de tweede kerstdag ik geloof een lapje vlees. Komt er een zustertje bij me
vragen wanneer ze nu konijn of zo zouden krijgen. Helaas, ik had alleen de botjes
nog; wist ik veel dat het voor de zusters bestemd was als blijk van waardering voor al
hun zorgen aan de ouderen.
Had je een grote keuken tot je beschikking?
Welnee, je deed alles op één groot fornuis met twee gaspitten. Alles werd in etappes
gekookt; eerst de soep. Als die klaar was schepte je die uit. Elke bewoner had zijn
eigen bakje met streepjes erop, op het Iaatst wist je aan de streepjes van wie dat
bakje was. Dan kookte je de aardappels en groente. Die verdeelde je ook weer in
bakjes, of op schalen voor bv. de mannenkamer. Alles werd dan in de oven op platen
gezet en zo warm gehouden tot etenstijd.
De bewoners die een eigen kamer konden betalen kregen alles in roestvrij stalen
bakjes, voor de andere bewoners waren er
16