Jaargang nr. 18 2004 Zijn zoon Frits was timmerman, die woonde tegenover de kerk. Toen wij kinderen waren zagen wij bij Frits vaak een doodkist op de werkbank staan en dat was dan altijd even griezelen, want de dood was voor ons een luguber spook. Het verkeer Was er in 1890 dan verkeer?, zult U zich afvragen. Ja nou; maar het was wel een stuk rustiger dan honderd jaar later. De auto was wel uitgevonden maar in Nederland nog niet op de weg. De fiets werd toen nog vélocipède genoemd en die was wel al volop bezig populair de worden in Nederland. Maar of er op de zandwegen in Limmen ook veel gebruik van werd gemaakt mag worden betwijfeld. Weliswaar werd er geld vrijgemaakt voor verbetering van de wegen dus mogelijk waren er fietsers in het dorp. De wegen in Limmen werden gebruikt door karren, bespannen met paarden. Maar ook door handkarren waar honden voor de tractie zorgden. Het kwam vaak voor dat honden vóór de kar liepen en dat de voerman op de kar ging zitten. Op de Rijksstraatweg was dat mogelijk omdat die verhard was met klinkers. Op de wegen in het dorp zal dat wel niet gekund hebben, die waren te slecht. Dieren hadden in die tijd vaak een slecht leven. Veel mensen beschouwden dieren als gebruiksvoorwerpen. Maar ook toen waren er gelukkig zachtmoedige mensen. Zij konden het niet aanzien dat dieren zo werden afgebeuld voor de kar, waar die kerels ook nog bovenop zaten. Die mensen gingen actie voeren en drongen bij de overheid aan op wetgeving. En die kwam er. In een verordening in de APV werd opgenomen dat het verboden was de hond vóór de kar te laten lopen. Hij moest onder de kar lopen en de voerman mocht niet op de kar zitten. Bovendien moest de hondenkar stil staan als hij werd ingehaald of tegemoet gekomen door paard en wagen. In 1895 kreeg de firma Lubeke uit Brussel samen met La Combe uit Heemstede, vergunning om langs de berm van de 13

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 2004 | | pagina 14