Jaargang nr. 17 2003
Uw bedrijf is op een gegeven moment op aluminium overgegaan. Vond u
dat een goede keuze?
"Ja, zeker! Het eerste jaar heb ik nog mijn eigen bedrijf geleid, daarna zijn
we samen gegaan als Motaal Aluminium. Dat bestaat nu alweer ruim 35
jaar. En er werkt nu zo'n dertig man. Het was de juiste keuze op het juiste
moment. In zaken moet je met je tijd meegaan."
En, mevrouw Henselmans, waar kwam u vandaan?
"Ik heb altijd op Bakkum gewoond. Van huis uit ben ik er één van Borst
van het 'Aannemingsbedrijf Borst'. Wij moesten vroeger altijd lopend naar
de kerk in Castricum. Om op tijd te komen, moest je al voor zeven uur 's
ochtends lopen, anders waren de spoorbomen dicht en kwam je te laat.
Als dat dan een keertje gebeurde, werd moeder kwaad en zei dan: "luie
donders, kom dan ook op tijd je bed uit!" In mijn jonge jaren gingen we wel
eens met een stel jongelui in een bootje varen op het Voortje. Je was
natuurlijk nog zo bleu als wat. Op een keer, vroeg één van de jongens -
die was nogal bij -: "wat kunnen vier jongens wel en vier meidjes niet?" Wij
meiden hadden allemaal een rood hoofd... Het antwoord was: "in één
potje piesen". Dat was heel wat voor die tijd!"
Uw man had een druk bedrjf, moest u ook wel eens helpen?
"Het gebeurde wel eens dat er een wagen met hout aankwam, terwijl de
mannen allemaal op klus waren. Nou, dan stapte ik zelf wel op die wagen
en dan riep ik Piet Admiraal, die verderop op het land van Valkering
werkte, en die pakte de balken dan wel aan. Dan zei hij wel: "Ga maar niet
zo hard, hoor, want dat kan ik niet bijbenen!" Dat heb je, als je van jongsaf
aan aanpakken moet."
Inmiddels kreeg u een groot gezin. Moesten de kinderen ook aanpakken?
"Ja hoor, we hadden wel eens een soort lopende band van klein naar
groot. Dan moesten zo'n honderdvijftig pak draadnagels naar boven toe.
Die handen gaven dan door als een lopende band. Ook bij de
schaafmachine werden de kinderen wel
27