Jaargang nr. 16 2002 NOG EENS DE GEMEENTE TOREN In het boekje nr. 14 van het jaar 2000, schreef ik een artikel in de reeks "Honderd jaar Limmen". Hierin was een stukje opgenomen dat handelde over de gemeente toren en het speelde in 1904. De toren was heel slecht, er viel van alles naar beneden en het uurwerk van de klok was helemaal stilgevallen zodat de dorpelingen verstoken bleven van de (om en nabij) juiste tijd. Natuurlijk moest er wat gebeuren en omdat de gemeente Limmen eigenaar was van de toren (niet van de kerk) moest de gemeenteraad een begrotingswijziging goedkeuren zodat het college de nodige reparaties kon laten uitvoeren. Daarover gingen de discussies en daarvan deed ik verslag in het stukje. Ik schreef ook dat de gemeente de toren in het verleden had geadopteerd omdat hij een belangrijke functie vervulde voor de hele dorpsgemeenschap. Immers: de klok gaf de tijd aan en sloeg daarbij het aantal relevante uren, zodat bijna het hele dorp kon horen hoe laat het was. De klok werd geluid als dat nodig was, en op nationale feestdagen werd de vlag uitgestoken. De katholieken hadden weliswaar ook een kerk, maar dat was slechts een schuurkerk en daar zat geen toren op. Daar had je dus niks aan. De enige toren in Limmen was die van de NH kerk. Een van onze lezers was het echter niet met mij eens en schreef ons een brief. Daarin stelde hij dat er geen sprake was geweest van vrijwillige adoptie maar van dwang. Napoleon had in de staatsregeling opgenomen dat de torens eigendom moesten zijn van de gemeenten en derhalve ook door hen onderhouden moesten worden. De grond voor die regeling was dat de torens als uitkijkpost konden dienen. Ik kan dat niet tegenspreken; dat heeft inderdaad bestaan. Om een idee te krijgen wat zich in de dagen van de Bataafse Republiek op dat terrein afspeelde is het misschien goed, en mogelijk ook nuttig, om in het kort iets over de wetgeving in onze toen nog zo prille democratie te vertellen. 61

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 2002 | | pagina 62