Jaargang nr. 16 2002
Opkomst van de bloembollenteelt in Limmen
De bewoners van de Clusiuslaan in Limmen weten natuurlijk heel goed
waarom de gemeenteraad hun laan naar Clusius heeft genoemd. Maar
toch is het goed eerst even te vertellen wie Clusius was, want veel andere
dorpsgenoten weten het misschien niet. Ook zij hebben er recht op te
weten dat die man nauw met de tulp verbonden is en daarom voor
Limmen zo belangrijk was.
Het verhaal van de tulp in Nederland begint overigens niet bij Clusius,
maar bij de Vlaming Ogier de Busbecq. Deze man was gezant bij het hof
van Sultan Süleyman de Grote in Constantinopel in de 16e eeuw. De
Busbecq was een liefhebber van bloemen en de sultan had een
schitterende tuin met de mooiste exemplaren waarin o.a. prachtige tulpen
bloeiden. Maar niet alleen in de tuin van de sultan en bij andere rijke
Turken stonden mooie tulpen, ook gewoon langs de weg, in het wild,
bloeiden tulpen.
De gezant kocht een aantal tulpen van Turkse handelaren en nam ze mee
naar Europa. Het toeval wilde dat hij een goede vriend was van Clusius,
die in Leiden een botanische tuin had. Daar kweekte hij voornamelijk
medicinale planten voorwetenschappelijk onderzoek naar
geneesmiddelen. Carolus Clusius was een beroemd botanicus en De
Busbecq gaf een aantal tulpenbollen aan zijn vriend in het vertrouwen dat
ze in de tuin in Leiden, onder leiding van Clusius, tot bloei zouden komen.
Zijn vertrouwen werd niet beschaamd want het succes bleef niet uit. De
bollen groeiden voorspoedig in de Leidse tuin en het duurde niet lang of
ook in andere tuinen in Holland bloeiden tulpen.
Nu was het niet zo dat tulpen alleen in Turkije voorkwamen. Ze groeiden
van China tot de landen aan de Middellandse Zee. Het verschil was wel
dat ze in Turkije in cultuur waren gebracht en dat daarom de mooiste
tulpen uit Turkije kwamen. In het Ottomaanse Rijk was er al een levendige
handel in tulpen en iedere Turk die meende mee te tellen moest voor zijn
status wel een collectie mooie kostbare tulpen in zijn tuin hebben.
20