1 het nut van in. Maar was niet voor toetreding op 't moment, en zeker niet onder dwang. Want er was ze een ultimatum gesteld. Als ze nu niet bij een R.K.-bond gingen, dan mochten ze niet blazen op 't koninginnefeest en zouden ze niet uitgenodigd worden door de feestcommissie van de R.K.-school. Dat zou een financiële strop wezen. Het was in die jaren nl. zó, dat de kinderen eerst bij de kerk zongen en daarna in optocht naar de burgemeesterswoning togen, om daar de aubade te brengen. Of dat laatste ze ook ontzegd was, is niet helemaal duidelijk; vermoedelijk zal de burgemeester zich maar niet in het conflict gemengd hebben. De voorzitter meldde bij die vergadering ook dat hij niet zo fraai onthaald was door pastoor doordat een uitvoering op woensdag, lofavond, was gesteld. Er heerste in de vergadering verontwaardiging en ongeloof over zo'n dwang; men was ook bang voor ledenverlies. De komst van een geestelijk adviseur werd dan ook tegengehouden. Na deze ontwikkeling gaf de voorzitter er de brui aan. Enkele andere leden bedankten ook. Het lijkt wel of de dorpsgenoten de ontwikkelingen niet erg konden waarderen, maar dat kan toeval zijn. In 1935 wordt gewag gemaakt van teleurstellende opkomsten bij uitvoerin gen. Een gouden echtpaar had verzocht om maar geen serenade te brengen. Een concours elders werd ook een fiasco. Maar in '36 liep alles weer als een trein. Uitvoeringen met toneelstuk en concerten werden druk bezocht. Ondanks de crisis werd er bij een collecte in het dorp 108,- opgehaald. Het corps musiceerde op een gratis ter beschikking gestelde auto van de firma Winder. Na de reorganisatie en het ledenverlies, door de aansluiting bij een R.K. bond, koos het corps er in 1936 voor om weer in de 2e afdeling uit te komen. Er waren toen slechts 19 leden en 1 aspirant. De hoogtijdagen in de 1e afdeling hebben dus niet lang geduurd. Er waren plannen geweest om het 15-jarig jubileum stevig te vieren, maar daar is door de oorlogsdreiging weinig van gekomen. 33

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 2000 | | pagina 64