1
Drie minuten per klant
De moderne tijd, waarin 'efficiency' een belangrijke rol speelde, was aangebroken.
Op een mooie zomeravond zaten Jan en Emma op visite bij kennissen en het toeval wilde
dat er ook een collega-melkboer uit een andere plaats aanwezig was.
Zo'n echte moderne opschepper die alles beter wist en beter deed dan al die sukkels met
hun ouderwetse werkmethodes.
Hij had zijn werk zo ingericht dat hij niet meer dan drie minuten per klant kwijt was.
Emma hoorde het aan en had daar zo haar eigen gedachten bij.
Zij zag het al voor zich: hollend van de kar naar de deur en weer terug en dan snel "kom
op met je geld" en als er dan wat gevraagd werd door de klant, zeggen: 'ja hoor 'ns mens
je drie minuten zijn om".
Nee, dat leek Emma niet realistisch. Maar Jan dacht daar toch anders over. Die was van
mening dat Emma overal een praatje maakte bij de klanten en daardoor veel te veel tijd
kwijt was.
Emma hoorde dat voor kennisgeving aan en ging als altijd haar eigen weg, met in haar
achterhoofd: "och ik krijg je nog wel".
En die gelegenheid deed zich dan ook vrij spoedig daarna voor.
Emma stond met haar kar aan de Dusseldorperweg en zou juist een klant gaan helpen
toen Jan op de fiets aan kwam rijden.
Als hij vrij was kwam hij vaak helpen.
Kijk, dacht Emma, nu zullen we Jan eens een examentje afnemen.
"Oh Jan, mooi dat je komt", zei Emma, "als jij nou even die klant gaan helpen, pak ik de
volgende".
De klant in kwestie had een flink gezinnetje en Emma wist dat het wel niet zou lukken in de
beroemde drie minuten die hem waren toegemeten.
Dat klopte natuurlijk helemaal en toen Emma smalend op merkte dat hij zelfs aan het
dubbele niet genoeg had, heeft Jan nooit meer over efficiency gepraat.
Toen Jan 61 jaar oud was ging hij met VUT en samen hebben Jan en Emma nog jaren
service verleend aan hun klanten in de winkel. Bovendien werden mensen die oud of ziek
waren op hun wenken bediend. Zij hoefden maar een telefoontje te plegen en Jan bracht
het spul keurig bij ze thuis, zijn service was ongekend.
Emma verzorgde de winkel en door haar contact met de mensen was zij altijd op de
hoogte van het wel en wee in het dorp.
18