Jaargang nr. 13 1999 Bovendien, er zou in Limmen toch niets gebeuren en mocht het onverhoopt toch nodig zijn, dan was het altijd nog vroeg genoeg. Als het college nu een plan zou ontwerpen dan zou de raad wel voor uitvoering zorgen als het nodig zou blijken; anders bleef het plan gewoon in de kast. Verder wordt er niet meer over zede zaak gesproken zodat de conclusie gerechtvaardigd is te stellen dat de geweldsgolf aan Limmen voorbijgegaan zal zijn. KERMIS EN KONINGINNEDAG Feesten hebben in onze samenleving een functie. Je zou kunnen zeggen dat het lichtpuntjes zijn waar de zwoegende mens naar uitkijkt. Zij zorgen voor afwisseling in de dagelijkse sleur. Vroeger was het leven veel harder dan nu en het ligt voor de hand dat onze voorouders, zo aan het begin van de eeuw, blij waren met die feestjes. Een er van, die door hen zeer hoog werd geacht, was de Limmer kermis. Nog in 1897 was door de raad vastgesteld dat de kermis werd gevierd van zondag t/m woensdag, 4 dagen dus. Maar burgemeesters hebben de taak te zorgen voor de openbare orde, en orde handhaven met kermis is niet zo'n benijdenswaardig baantje. Dus wilde burgemeester Nahuys wel af van die kermis. Dat ging natuurlijk niet en daarom dacht hij het te proberen met bekorting. Het was in 1903 dat het college voorstelde om van 4 naar 3 dagen te gaan en na discussie kreeg de burgemeester het voor elkaar. Het raadsbesluit uit 1897 werd ingetrokken en een nieuw besluit stelde dat de kermis zou worden gevierd op de eerste zondag na de 16e september en zou duren tot dinsdag. In de vergadering van juli, in dat zelfde jaar, is de burgemeester met verlof en neemt de loco zijn plaats in. Het toeval wil dat een "commissie voor volksvermakelijkheden" een verzoek om subsidie heeft ingediend dat juist op die vergadering wordt behandeld. 50

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1999 | | pagina 51