Jaargang nr. 13 1999 Dat men niet altijd rekening hield met mogelijke consequenties bij het nemen van raadsbesluiten, is van alle tijden. Wat gebeurde er n.l. Er was bericht binnen gekomen waarin werd medegedeeld dat de gemeente Velzen voornemens was een aanlegsteiger te bouwen in het Noordzeekanaal voor de scheepvaart op Engeland. Een prachtig plan, immers Limmen had bloembollenexporthandel op dat land en een steiger in het Noordzeekanaal zou enorme kostenbesparing opleveren. Het verzoek om adhesie te betuigen, en het collegevoorstel om daartoe te besluiten werd een hamerstuk. Laat ze maar bouwen, vond de raad. Maar dat zoiets veel geld kost en dat het verzoek om adhesie meer inhield dan simpel vragen om applaus, dat hadden ze niet beseft. Prompt kwam er een enthousiaste brief van de gemeente Velzen, die de Limmer adhesie had opgevat in de geest waarin het ook was bedoeld. Limmen werd uitgenodigd voor de beraadslagingen teneinde te komen tot kostenverdeling voor de bouw van de steiger. Maar dat was niet de bedoeling. Burgemeester Nahuys stelde voor hier niet op in te gaan. Kosten maken was niet verantwoord en och, die steiger komt er ook zonder ons wel. DE STRAATVERLICHTING Een aspect waar wij nu niet meer aan zouden denken is de straatverlichting. Aan het begin van de eeuw waren de meeste wegen in Limmen helemaal niet van verlichting voorzien. Bij donkere avonden en nachten kwam het voor dat de weggebruiker zo ongeveer op de tast z'n weg moest zoeken. Karren en rijtuigen reden vaak uit zonder verlichting te voeren en het college vond dat er een regeling moest komen om de wegen wat veiliger te maken. Het raadsvoorstel hield in dat alle voertuigen bij avond en nacht verlichting moesten voeren. Zoiets gaat meestal niet zo makkelijk als het van de ene dag op de andere moet gebeuren. Een van de raadsleden hield het college voor dat er waarschijnlijk al snel moeilijkheden te verwachten waren. 45

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1999 | | pagina 46