Jaargang nr. 13 1999
Maar gelukkig was het jaar nog niet om en er kon nog even een vergadering worden
gepland op 19 december. Weliswaar waren er geen agendapunten, maar er was wel
een bezwaarschrift binnen gekomen tegen "Hoofdelijke aanslag 4,-"
Lang heeft de vergadering waarschijnlijk niet geduurd. Het bezwaar werd verworpen
zodat van deze vergadering terecht gezegd kan worden: ze dronken een glas, ze
deden een plas en lieten alles zoals het was.
DE BURGEMEESTER MAAKT PROMOTIE
In de vergadering van de raad op 3 februari 1901, deelde burgemeester
Schimmelpenninck mee dat hij waarschijnlijk zou worden benoemd tot burgemeester
van het Overijsselse stadje Wje.
De baron kon het goed vinden met de raad van Limmen, daar niet van, maar er was
toch iets dat hem niet aanstond.
In Limmen was geen woning te vinden die beantwoordde aan de status die bij hem
hoorde, vond hij.
Daarom woonde hij in Heiloo en moest dus alle dagen met de tram pendelen. Dat vond
hij zeer bezwaarlijk, en voeg daar bij dat Wje groter was dan Limmen, en dus ook meer
salaris in het vooruitzicht stelde, dan was de opgewekte stemming van de burgemees
ter gemakkelijk te verklaren.
Zoals gezegd was hij ook secretaris en van die functie vroeg hij eervol ontslag aan de
raad. Natuurlijk werd hem dat verleend en niets stond zijn promotie nog in de weg.
Ook was hij ambtenaar burgeljke stand voor de gemeente Limmen. In die vacature
werd het raadslid Cor Vis benoemd.
Twee maanden later werd Jonkheer Nahuys geïnstalleerd als burgemeester van
Limmen. In zijn speech dankte hij H.M. de koningin voor het vertrouwen dat zij in hem
had gesteld.
Ook deze edelman oordeelde dat er in het kleine agrarische dorpje voor hem geen
aanvaardbare woning te vinden was.
Hij verzocht Gedeputeerde Staten om hem toestemming te verlenen buiten het dorp te
mogen wonen en natuurlijk had GS daar begrip voor.
42