Jaargang nr. 13 1999
LIMMEN EN DE BATAAFSE REPUBLIEK
Dit jaar herdenken we dat er 200 jaar geleden een echte oorlog woedde in onze streken
en in ons dorp.
In boekje nr. 2 van Oud Limmen 1988, staat een verhandeling over de "Bataafse
Vrijheid, 1795-1813", maar het is misschien goed om met het oog op de herdenking dit
jaar, nog even een paar herinneringen op te halen.
In augustus 1799 probeerde de in 1795 naar Engeland gevluchte Stadhouder Willem V,
met een huurleger van Engelsen en Russen, de weg vrij te maken voor zijn terugkeer in
de Nederlanden.
Hij dacht dat de Nederlanders wel genoeg zouden hebben van de Fransen en dat zij
als opstandelingen aan de zijde van zijn huurleger zouden mee vechten. Maar hij
vergiste zich
In 1795 waren de Fransen weliswaar met enthousiasme binnen gelaten, maar dat was
inmiddels wel iets bekoeld.
Het leven in de tijd toen Willem nog Stadhouder was en samen met zijn Regenten het
volk liet verpauperen, waren zij nog niet vergeten. Zij hadden het in ieder geval wel
beter in de Bataafse-Republiek dus staken zij geen hand naar de oprukkende "bevrij
ders" uit.
Napoleon was helaas bezeten van machtshonger en zijn militaire avonturen kostten
handen vol geld en veel mensenlevens.
Het Franse leger in Nederland vorderde steeds weer transportmiddelen en de boeren
draaiden daar natuurlijk voor op.
Zij moesten paard en wagen, met voerman, leveren en vaak kwam dat slecht uit
wegens hun eigen werkzaamheden in de drukke tijd.
Ook de inkwartiering van soldaten was impopulair bij de bevolking, want ook al kregen
ze daar wel vergoeding voor; het gaf geen voordeel en het ging ten koste van hun
vrijheid.
Daar kwam nog bij dat de bevolking ook steeds werd lastig gevallen met de aanzeg
gingen dat de wegen in orde gehouden moesten worden. Het leger had de grootste
moeite om over onze zandwegen vooruit te komen. Onze voorouders daarentegen
hadden niet zoveel
2