Jaargang nr. 12 1998
MIDDELEEUWS LIMMEN
De ontwikkeling van een geestdorp
Met het vervallen van het Romeinse Rijk begon een periode van volksverhuizingen.
Vanaf het einde van de 3e eeuw trokken mensen van diverse germaanse afkomst naar het
zuiden, daar waar nu Frankrijk ligt. Deze stammen, oa. Chamavi, Salii, Bructeri, Chattuarii,
Amsivarii en Chatti, worden geplaatst in voornamelijk het oosten van ons land. Bekend is
echter dat het westelijk kustgebied in de periode van 3e/4e en zeker de 5e eeuw zo goed
als ontvolkt raakte. Het is goed mogelijk dat de hier woonachtige Friese bevolking ook deel
nam aan deze zuidwaartse verhuizing. Pas in de 7e eeuw zijn er weer sporen van
bewoning traceerbaar in onze regio. De hiervoor genoemde zuidwaarts getrokken
stammen vormden vanaf 500 het Frankische Rijk die hun macht naar het noorden
uitbreidden. Ca. 690 wordt het centrum van Nederland veroverd. Daarmee word ook het
machtsgebied van het grote Friese Rijk, dat zich in het kustgebied uitstrekte van de
Schelde in het zuiden tot de Weser in het Noordduitse gebied, aangetast.
DE MEROVINGISCHE PERIODE (650 - 750)
De nieuwe bewoners van onze regio behoren cultureel nog steeds tot het Friese Rijk. Als
Friese koningen worden dan Aldgisl en Redbad genoemd.
Fig 1 geeft de verspreiding weer van de bewoning in deze periode in Limmen. We zien dat
deze zich beperkt tot de zuidrand van de strandwal (gevormd vanaf ca. 1900 v. Chr aan de
toenmalige kustlijn, vanaf de 1e eeuw grotendeels in de huidige omvang). Bij de
woonkeuze zal de ligging aan de waterloop de Dye niet onbelangrijk zijn geweest. We zien
dat de meeste nederzettingen uit de middeleeuwen, in onze regio, aan een bevaarbare
waterloop zijn gelegen. Ook bij de latere middeleeuwse ontginning van het ten oosten van
de strandwallen gelegen grote veengebied, is uitgegaan van veenrivieren. Ook het bij de
nederzettingen gevonden, uit het Duitse Rijnland geïmporteerde aardewerk, zal over water
getransporteerd zijn.
De Dye vormde een goede verbinding met het achterland.
45