Jaargang nr. 12 1998
Uit het huwelijk van Maximilianus Ludovicus werden 1 zoon en 3 dochters geboren. Een
tweede huwelijk, met Maria Rosetta Conneman, leverde hem nog eens 3 dochters en 2
zoons op. Voor ons verhaal is de oudste uit dat huwelijk van belang en de enige man
waarvan een nageslacht bekend is, Johannes Petrus (2-11-1806). Die trouwde op 15 mei
1835 met Cornelia Groot. Ze kregen maar liefst 13 kinderen. Maar zoals dat toen wel vaker
gebeurde, overleden er helaas 7 voor ze 1 jaar waren (en nog een met 2 jaar). Van de
overlevenden trouwde Maximilianus op 10 mei 1863 met Maartje van Wetering. Zij hadden
meer geluk met hun kinderschare. Van de 7 kinderen overleefden er 5. De 2 oudste
jongens waren alle twee Johannes genoemd; ze hadden er misschien niet zoveel
vertrouwen in dat de eerste het zou overleven. Dat deed hij wel en daarom werd hij 'Oude
Jan' genoemd. 'Jonge Jan' zou beginnen met het winkeltje tegenover Vredeburg en de
vader worden van o.a. Max, Gré, Antoon en Henk.
'Oude Jan' is echter degene waar onze belangstelling naar uitgaat, de wegbereider van de
jubilaris. Hij huwde op 11 nov. 1891 met Cornelia Beentjes uit Heemskerk en kreeg met
haar 7 kinderen, waarvan er 5 overleefden. De jongste, Cor (geb. 1908) zou zijn vader in
het bedrijf opvolgen.
HET PRILLE BEGIN
Jan Nuyens overleed in 1937 en zijn kleinkinderen hebben hem niet gekend. Naar verluidt
was het een kleine, bescheiden man, zeer nauwgezet, maar zelden op de voorgrond. Z'n
vrouw was zijn tegenpool. Ze had een scherp oog voor het circus dat mensenleven heet en
had een schat aan spreekwoorden om dat kort en bondig weer te geven. Voor de kinderen
was zij een pracht van een grootmoeder, vol energie en dingen om te doen. Haar huis
stond altijd open voor de mensen van het dorp, ook voor het meer zonderlinge slag. Een
van de meer illustere figuren van het dorp kwam regelma-
tig uitrusten om te bekomen van zijn escapades, totdat de meiden, die toch wel een beetje
van hem griezelden, hem in zijn slaap aan de stoel vastbonden.
Neel Beentjes was een vrouw met moderne ideeën. Ze begaf zich op de fiets door het dorp
in een periode dat dat nog maar zelden werd gezien. Pastoor vond dat zeer onbetamelijk,
maar Neeltje vond dat zij dat zelf wel kon bepalen. Jan gaf haar groot gelijk; hij liet zich ook
de wet niet voorschrijven.
19