Jaargang nr. 11 1997 In feite was dat een mini-diefstalletje natuurlijk en wat zal het dat mens opgeleverd hebben: hoogstens een halve of hele cent. Rijk zal ze er niet van zijn geworden, maar ja, de strijd om een klein bestaantje was ook in de vorige eeuw bikkelhard. Een verjaardagstaart en de hemelpoort Dat het er ook aan het begin van deze eeuw hard aan toe kon gaan, blijkt uit de volgende gebeurtenis: Dorus vertelde een verhaal dat hij had gehoord van een oude vrouw waar hij aan de deur kwam met eieren. Zij was als meisje van 13 jaar in een dienstje voor dag en nacht bij de familie Swart aan de Oosterzij; de witte boerderij waar als laatsten Jan en Breg Swart in woonden. In het gezin Swart heerste toen een besmettelijke ziekte en de dokter had gezegd dat zij daar niet mocht blijven slapen, omdat zij dan ook ziek zou worden. Pietje, zo heette het meisje, moest daarom naar de buren om de nacht door te brengen. Bij die mensen was Marie Meyne het dienstmeisje voor dag en nacht. Het was op een zondagavond toen Pietje voor de eerste keer te slapen ging, toevallig was dat daags na de verjaardag van de boer. Op die avond zaten zij met z'n vieren aan tafel: buurman, zijn vrouw en de twee meisjes, toen de vrouw tegen haar dienstbode zei: "Merie, haal jai de taart d'res effe". Marie deed wat haar bevolen werd en kwam de kamer in met de taart, die kennelijk was overgebleven van het verjaardagspartijtje, waar mogelijk minder mensen waren geweest dan waarop was gerekend. Zij zette de taart op tafel en de vrouw sneed er drie stukken af: een voor haarzelf, een voor haar man, en een voor Pietje; Marie, de meid, kreeg niks. Behalve de opdracht het restant van de taart weer weg te brengen Pietje vond het vreselijk, maar een meisje van 13 durft in een vreemd huisgezin geen afkeurende opmerkingen te maken. Zoals dat gaat op de boerderij, de mensen moeten 's morgens weer vroeg op, dus was het alras bedtijd. 30

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1997 | | pagina 31