Jaargang nr. 10 1996 Meindert gezegd wordt dat hij met het bedrijf getrouwd was. Er hij zorgde er erg goed voor. Voor Meindert pleit dat in die jaren het loon van Gert onaangetast bleef. Maar in '33 steeg de nood schijnbaar toch te hoog. Gert maar ook Siem kregen f 5,- minder in de week te verteren. Gezien de koopkrachtontwikkeling in die jaren konden ze er waarschijnlijk toch nog beter van leven dan in 1929. De verschillende takken van de firma Winder hadden tot dan toe broederlijk naast elkaar geleefd. Men pakte wat zich voordeed en al had iedereen wel een 'vaste klus', iedereen kon overal inspringen. Maar in 1933 werden de eigendomsverhoudingen toch eens wal beter en officiëler geregeld. Pieter en Meindert gingen een vennootschap aan, waarin ze respectievelijk 2/3 en 1/3 van het kapitaal inbrachten. Het gaat dan om bedragen van ca. f 16.000,- en f 8000,-. In de jaren die volgden veranderde er weinig meer. Uiteraard werd het wagenpark uitgebreid en ook landbouwwerktuigen werden regelmatig vernieuwd. Broer Jan kwam niet direct bij het bedrijf werken, maar zocht zijn heil eerst bij een bollenboer. Vermoedelijk omdat hij daar op korte termijn beter verdiende. De tweede Wereldoorlog Aan het begin van de oorlog had de firma zo'n 40 ton laadvermogen rondrijden. De eerste tijd ging alles gewoon zijn gangetje; het enige verschil was dat er weer turf vervoerd moest worden, vanwege de schaarste aan kolen en olie. De Duitsers hadden weinig belangstelling voor het materieel van Winder, want het hunne was superieur. In 1943 begonnen de duitsers links en rechts materiaal te vorderen en ook de firma Winder was de pineut. De auto's werden met chauffeur opgeëist, voor werk in Frankrijk. De gebroeders hadden weinig zin om weg te gaan en vonden een ander bereid om hun plaats in te nemen. Die had al gauw in de 45

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1996 | | pagina 46