Jaargang nr. 10 1996 café van de Hoedjes wordt daarvoor uitgekozen, want dat is het gemakkelijkste. Het stel zette het op een zuipen en toen het eenmaal tijd werd om af te rekenen ontstond er zgn. onenigheid in de groep. Al spoedig rolden de biljartballen door het café en raakten de jongens met elkaar aan het vechten. Jacob, bang geworden dat de hele tent afgebroken zou worden deed snel de deur open en ging op de bakkeleiende jongens af om ze er uit te jagen. Dat lukte prima en hij slaakte een zucht van verlichting dat hij ze zo rap de deur uitgekregen had. Maar toen ze eenmaal op straat stonden verzuchtte broer Siem:", maar Jacob, ze hebben nog niet betaald". "Nou, dat moeten maar voor hun eigen zieltjes verantwoorden" was het laconieke antwoord van Jacob. Maar helaas, jammer voor de Hoedjes, die zieltjes van dat soort jongens leden er geen seconde onder. Integendeel zij genoten van de napret over hun overwinning. Oh die Kobus In de jaren dertig was al het geld weer eens op een hoop gestroomd en dat betekende dan meestal crisis. Zoiets werd dan wel weer opgelost met een oorlog, maar zolang je er mee te maken had was het verre van prettig. Niemand had er nog geld voor een normaal bestaan en daardoor viel de koopkracht weg. Dat betekende dat er te weinig produkten konden worden verkocht dus over produktie en werkeloosheid. Zo stortte de economie als een kaartenhuis in elkaar en ook de bloem bollenteelt kreeg een gevoelige klap. Er waren plotseling veel meer bollen dan er konden worden ver kocht en daarom bedacht men een systeem van teeltbeheersing. Dat betekende dat de teelt aan vergunningen moest worden verbonden. Maar dan moesten er eerst wel een flink aantal bollen worden vernietigd. Dat vernietigen noemde men "sanering", gezondmaking in normaal Nederlands. 25

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1996 | | pagina 26