Jaargang nr. 9 1995
De achteruitgang van onze volksgezondheid
De toestand in Amsterdam
Zooals genoegzaam
bekend, stonden de voorzieningen
voor de volksgezondheid in
Nederland steeds op buitengewoon
hoog peil. Ook maar al te bekend is
de achteruitgang daarvan
tengevolge van de voorbije
bezettingstijd. De situatie in onze
groote steden is ongetwijfeld
ernstiger dan b.v. in een gemeente
als alkmaar, waar de bevolking, door
zijn nauwer contact met de boeren,
nog dikwijls de beschikking had over
extra en belangrijke levensmiddelen,
zooals tarwe en melk. Toch meenen
wij, dat eenige gegevens door Dr. J.
Tuntler, Directeur van de
Geneeskundige- en
Gezondheidsdienst te Amsterdam
aan een redacteur van het A. N. P.
verstrekt, ook voor onze lezers van
belang zijn.
Van eind Februari tot eind Maart
heeft het totale sterftecijfer in
Amsterdam het record bereikt van
1765 tegenover 599 in dezelfde
periode van het jaar 1939.
Nader gespecificeerd zijn
deze cijfers als volgt:
1939 O 19 1945 152
1939 1-4 10 1945 71
1939 60-64 60 1945 191
1930 65-79 255 1945 738
aantal calorieën noodig voor beweging
lengte, leeftijd en gewicht. Een
Bij het beschouwen van
deze cijfers moet in aanmerking
worden genomen, de vermindering
van de bevolking door het
wegvoeren van de Joodsche
inwoners en van een gedeelte van
de mannelijke bevolking. De situatie
is dus nog slechter dan door de
cijfers wordt weergegeven. De
gevolgen van ondervoeding komen
speciaal tot uiting in die groep van
de bevolking, die over het minste
weerstandvermogen beschikt, nl. de
jongste en de oudere menschen.
Nog steeds valt er toeneming van de
gevallen van hongeroedeem waar te
nemen. De lijders worden o. m. hulp
geboden in de vorm van extra
levensmiddelen van het Zweedsche
Roode Kruis. Van groot belang is
straks de ontluizing van de
repatriëerenden, in verband met de
overbrenging van vlektuphus door
de kleerluizen. Als aan de grens
geen ontluizing heeft
plaatsgevonden, zullen in de
gemeente zelf maatregelen moeten
worden getroffen, waarbij het te
hopen is, dat de thuiskomenden en
hun huis-genooten daarbij zullen
meewerken.
De Voeding
Over het probleem van de voeding
zei dr. Tuntler o.m. het volgende, het
spijsvertering en arbeid is afhankelijk van
43