Jaargang nr. 9 1995 daar geplaatst. "Waarom vier radio's, Gerard" vroeg ik, "als je maar twee zenders had?" "Dat was in geval van pech of zo" antwoordde Gerard. "Daar kan ik nog iets aardigs van vertellen, wat best wel eens niet zo aardig had af kunnen lopen. Jouw vader en je ome Dorus die bij jullie geëvacueerd was kwamen wel eens bij ons naar de Engelse zender luisteren. Dat deden wij via zo'n reserve toestel. Maar zo is het twee keer gebeurd dat, bij vergissing, het reserve toestel werd ingeschakeld, terwijl het nog op Engeland stond en heel Limmen naar de Engelse zender kon luisteren. Met alle gevaren van dien als dat tot Duitse oren was doorgedrongen". EEN VRIENDIN VAN DE VIJAND Ze hebben met dat luisteren naar de Engelse zender nog een keer in de rats gezeten. Dat verhaal heeft mijn vader later nog vele malen verteld. Je moest heel goed toeluisteren om de zender te verstaan, omdat de Duitse bezetter de zender heel erg stoorde. Zo zaten ze weer een keer heel geconcentreerd te luisteren. Toen werden ze ineens opgeschrikt door een duitse soldaat die met zijn handen naast het gezicht tegen het raam naar binnen gluurde. Han, de broer van Gerard, die bij hen ondergedoken was, draaide de zenderwijzer onmiddellijk naar het begin terug. En Gerard rende naar de deur. Het was een enorme schrik; het was verboden naar de engelse zender te luisteren en je wist niet wat voor naars je boven het hoofd hing als je daarop betrapt werd. De soldaat woonde zelf dicht bij ons, in een huis dat door de duitse Wehrmacht gevorderd was. Maar het viel weer mee, de Duitser kwam om nachtverblijf voor zijn vriendin; hij had die radio nooit gehoord. Dat was een opluchting. De opluchting was zo groot, de volgende morgen waren de mannen er nog uitbundig van. Gert hoorde ik, zoals hij dat kon, bulderen van het lachen. Aan een oudere neef die in de oorlog vaak bij ons logeerde, vroeg ik: "Waarom moesten ze zo lachen, toen iemand zei: "Ik wed dat hij haver lust, die Duitser" "Ze bedoelen" zei neef Piet, "het is een ezel, hij had gewoon zelf een stukje op moeten schuiven." Het was me nog niet duidelijk, ook mijn nichtje van wol en katoen kon hier geen draad uit spinnen. 38

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1995 | | pagina 39