Jaargang nr. 9 1995 wezen, na op z'n kaart nog even te hebben aangetekend: "Moordenaarsbaai". Het ongeluk kon gebeuren omdat de Europeanen uiteraard geen kennis hadden van de Mahorie-cultuur in die dagen. Het blazen op een instrument was in hun cultuur vragen of de bezoeker misschien oorlogszuchtige bedoelingen had. Werd er dan met blazen op een instrument geantwoord dan was de oorlog daarmee verklaard en kon het robbertje vechten beginnen. Niks bijzonders eigenlijk; je moet het alleen even weten. De reis werd voortgezet en de voorzichtig geworden Abel Tasman deed plichtsgetrouw z'n werk: kusten verkennen en in kaart brengen. Toen de zomer ten einde liep moest hij zorgen weer noordelijker te komen; bovendien raakte z'n leeftocht op en dus moest hij zien weer in Batavia te komen zonder ooit in Chili te zijn geweest. Tasman was nu eenmaal een zeeman die met dat soort factoren rekening hield en geen onverantwoorde risico's nam. Zijn opdrachtgevers waren niet best te spreken over het resultaat van de reis; immers, wat heb je aan landen waar alleen naakte wilden woonden, daar valt geen dubbeltje aan te verdienen. Men had er verder niet veel belangstelling meer voor, maar toen Cook er zo'n honderd jaar later kwam bleek van ouder op kind de heldendaad van hun Maorie voorouders te zijn doorverteld. DE REIS VAN 1644 Toch kreeg Abel Tasman een nieuwe kans. Gouverneur-generaal Antonio van Diemen was een doorbijtertje en hij wilde weten of Nieuw-Guinea nu wel of niet aan Suydland vast lag. Zoniet, dan zou er een doorvaart moeten zijn naar de Stille Zuidzee. Hij vroeg toestemming aan de Heren XVII en kreeg daarvoor het licht op groen. De instructie voor de reis, gegeven door het bestuur in Batavia, luidde: Kusten en diepten in kaart brengen alsmede trachten een doorgang te vinden naar de Zuidzee, natuurlijk met de bedoeling eens een handelspost te vestigen in Chili. 16

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1995 | | pagina 17