Jaargang nr 8 1994 Westfriesland het meest voor de hand. Floris zijn vader, Willem II, dankte er de naam 'kikkerkoninq' aan. Het dienen op de 'cogge', een roeiboot, gold zowel de 'welgeborenen' (edelen) als de 'huislieden', die welgesteld of grondeigenaar konden zijn. De baljuw liet de oproep voor een buitengaanse heervaart 14 dagen tevoren in de kerken van de dorpen afkondigen door boden of schriftelijk. Welgeborenen werden apart opgeroepen. Bij een onmiddelijke verdedigingsoorlog werd de bevolking gewaarschuwd door het luiden van de kerkklokken, terwijl er ondertussen een grafelijke ambtenaar met een klein groepje langs de dorpen trok "om't folc te kiesen." De selectie van mannen voor de heervaart werd gedaan door de schout of de ambachtsheer van 't dorp. Het aantal hing af van de omvang en rijkdom van het dorp. Dit werd genoteerd in de zgn. 'riemtalenljsten'. Het aantal 'riemen' betekende "also veel mannen als daer toe behooren, na den Riemtale." Naast de betekenis 'roeiriem' was de 'riem' ook een rekenwaarde zowel in geld (o.a. oorlogsbelasting: riemgeld) als in mankracht. Bij volle heervaart stond één riem gelijk aan één man. Maar soms was er ook sprake van 'dubbele' heervaart waarbij 1,5 man per riem werd verlangd (ofwel: bij elke 2 man werd nog een 3 man extra opgeroepen). En er waren zelfs drievoudige heervaarten van 2 man per riem (ofwel: bij elke 2 man nog een 3de en 4de extra) en viervoudige van 2,5 man per riem (ofwel: nog een 5de man extra). Het aanzien van het oorlogvoeren veranderde toen landbouw zich naast handel en visserij begon te ontwikkelen; de bevolking streed vaker te land. Toch bleef men oproepen via de riemtalen. Met de ruiterdienst die belangrijker werd, steeg ook het aandeel van de welgeborenen. Ze moesten te paard verschijnen in harnas en met de lans, het hoofdwapen van de 'vrije' man. Overigens kregen de welgeborenen voor iedere dag dat zij in dienst waren een vergoeding. De huislieden daarentegen moesten in beginsel voor hun eigen onderhoud zorgen, d.w.z. dat de voedselvoorziening door het dorp 7

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1994 | | pagina 8