Jaargang nr 8 1994
na 1397 door graaf Albrecht stond in verband met verarming van het dorp:
"alsoo de plaats zeer aen mensen als in rijkdom hadde afgenomen." Vele
dorpelingen waren uit armoe naar de steden getrokken en waren daar
'poorters' (burgers) van de stad geworden. De last van de verplichtingen
drukte nu echter onevenredig zwaar op de achterblijvende dorpelingen.
De verlaging van het riemenaantal ging trouwens ook weer niet voor niets.
Er moest een behoorlijke vergoeding worden betaald, Die verschilde van
dorp tot dorp en beliep een fors bedrag, doorgaans zo'n 2 pond 'groten'
per riem f 12,-).
Overigens begon het er in de tijd van Albrecht naar uit te zien dat hij er
geen prijs meer op stelde huislieden op te roepen. De mobilisatie verliep
altijd traag en omslachtig en ze leverde een mannenmateriaal van geringe
gevechtswaarde op. Gevechtstroepen bestonden meer en meer uit
huursoldaten. De huislieden riep hij enkel nog op voor graafwerk, vervoer
ed. diensten.
Ook werd de mogelijkheid geboden de verplichting om ten strijde te
trekken af te kopen. Daar werd door de graaf soms ook om gevraagd
(riemgeld of heervaartgeld).
De afkoopsom bedroeg 4 groten 10 cent) per dag per man. Zo verzocht
Albrecht in 1401 de baljuw van Kennemerland de dorpen te bewegen van
elke riem 2 man (drievoudige heervaart) naar Stavoren te zenden (oorlog
tegen de Friezen), of vijf groten 12,5 cent) per dag te betalen voor elke
man. De afkoopsom kon echter ten alle tijden weer vervangen worden
door het verrichten van werkelijke krijgsdienst. Zoals in de vele Friese en
Arkelse oorlogen moest de graaf er toch regelmatig gebruik van maken.
Het waren meestal belegeringsoorlogen waar heel wat schanswerk voor
nodig was en daarom werd heervaart voor gravers geboden "mit scuppen
ende mit spaden." Veel huislieden hadden daar geen zin in en waren
"onwillich te graven ofte arbeyden". De grafelijkheid besloot dan maar
gravers te huren en voor hun loon het dorp 10 groten (25 cent) per man
per dag in rekening te brengen. Deze maatregel leidde in Kennemerland
tot de opstand van 1426.
11