voogd/beschermheer) van de kerk van Limbon was geworden en deze aan de Utrechtse kerk schonk. Dat ging gepaard met een behoorlijke gift, nl. 10 hoeven (een hoeve is zowel land als land met een bijbehorende boerenhoeve). Die kunnen echter ook door andere grondheren zijn geschonken. DE GOEDERENLIJST VAN DE ST. MAARTENSKERK VAN UTRECHT De schenkingen aan de Utrechtse kerk staan opgetekend in een goederenlijst. Die lijst is een kopie van het zgn. 'Cartularium van Radbod', een geschrift uit 914, geschreven door de Utrechtse bisschop Radbod. Dit Cartularium zelf is niet bewaard gebleven. En Radbod heeft het vermoedelijk zelf ook weer overgenomen van een ouder exemplaar. Het eerste gedeelte van de gekopieerde lijst bevat tien oorkonden van karolingische vorsten (die toen over Nederland heersten) voor de kerk van Utrecht uit de periode 723-896. Zij betreffen o.a. de verlening aan de kerk van het recht op 'decima regalis', het tiende deel van de koninklijke goederen en inkomsten binnen het bisdom. Onder de oudste schenkingen, zoals uit de volgorde van de lijst valt op te maken, bevindt zich de kerk van Limbon met 10 hoeven (Limbon ecclesia cum mansus X). De goederenlijst vermeldt ook het 'recht van immuniteit', dwz. dat goederen en mensen in zo'n gebied vrij waren van belastingen, politie en rechtspraak door de graaf en zijn consorten. De kerkelijke domeinen waren a.h.w. privégraafschapjes. Ook zij die zich nieuw in zo'n gebiedje vestigden vielen uitsluitend onder de kerkelijke rechtsregels. De immuniteitsheer, de bisschop, kreeg een deel van het regionale en plaatselijke bestuur en een deel van de rechtspraak. De bewoners waren onderhorig aan de kerk. Ze waren schatplichtig en moesten daarom een deel van hun produkten afstaan en hand- en spandiensten verrichten. Limbon was waarschijnlijk belangrijk (genoeg). Een gunstige plek werd ook zelf door het bisdom begeerd. Daarom streefde zij ernaar dié goederen te verkrijgen die een groot economisch belang verte- JAARGANG NR. 7 1993 8

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1993 | | pagina 9