LUCHTPOST In februari 1948 verhuisde het detachement naar midden-Sumatra: omgeving Padang. Ze werden gelegerd op Fort de Koek, waar het leven goed was. In het achterland lag het anders; de jongens moesten naar een droppings gebied, "Ploepoe" genaamd. De bevoorrading in dat door de vrijheidsstrijders gecontroleerde gebied geschiedde door de lucht op een open plek in het oerwoud. Vóór zo'n dropping plaats vond vlogen de vliegtuigen al schietend laag over de omgeving om de tegenstander op een veilige afstand te houden. Dan kwam de dropping van allerlei spullen die nodig waren voor de soldaten ter plaatse en daaronder ook de post- van-huis voor de jongens. Dat droppen kon er soms ruig van langs gaan en het spul kwam lang niet altijd op de goede plek neer. Het gebeurde wel dat de postzak door de jongens uit de rivier moest worden gevist, een heel eind verder. De weg naar het gebied was erbarmelijk slecht, de talrijke gaten in het wegdek maakte de tocht zwaar en bovendien was het gevaar van beschieting voortdurend aanwezig. Eens gebeurde het op zo'n tocht naar Ploepoe dat zij in een ernstig vuurgevecht belandden en vier man verloren. Zoiets komt hard aan bij de jongens van de compagnie. Van het 4de bataljon zijn in totaal 33 mannen niet terug gekeerd. INDONESIA MERDEKA "Het was eigenlijk onbegonnen werk" vertelde Jaap Metzelaar. "Het land was veel te groot voor ons; we kregen het nooit onder controle. Als we weer eens ergens anders heen gegaan waren, belden de planters al snel op om te vragen of we alsjeblieft weer terug wilden komen om hun boel te bewaken 'want ze zijn weer begonnen'. Je kon wel aan de gang blijven en er zou nooit een einde aan gekomen zijn." JAARGANG NR. 7 1993 39

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1993 | | pagina 40