LIMMER CONTOUREN Laat de echte Limmer opstaan. Een tocht naar Limmen, een tocht naar het verleden. Graven naar de wortels van onze soort: Ik ben er een van Jan, van Klaas, van... Hier stopt m'n stamboomkennis al. Tja, dat is me wat. Maar ik weet dat iemand uit de familie (Nico) het heeft uitgezocht. Dus nu weet ik al veel meer: Ik ben er een van Jan, van Klaas, van Kees, van Kees... Die laatste Kees kwam op aanraden van z'n broer Willem hier wonen in 1829. Al snel vormen zich twee takken Druijven in Limmen; die van Willem en die van Kees - en omdat de moederskanten ook meedoen, krijg je een kleurige regenboog van verwanten. Zo wordt het nog leuk en maakt het je nieuwsgierig. (Zou het een gek idee zijn als Limmers hun stamboom eens in dit blad zouden zetten De Limmerboom: zijn takken dragen vele namen (families), maar hoe heetten zijn hoofdtakken? En hoe heet de boom? (Germaanse stam). Welk zaadje bracht hem voort? (Ras). Dat het ras Germaans is, is wel duidelijk, maar uit welke Germaanse stam(men) of soort(en) groeiden wortels en de hoofdstam van de boom? Dat is misschien te achterhalen uit geschiedbronnen en archeologie. En mogelijk dat familienamen een handje kunnen helpen. Wie de- of een ras-Limmer (hoofdtak) vertegenwoordigd, dat zal niet een-twee-drie aan te wijzen zijn. Sinds 1811, ten tijde van de Franse overheersing, was iedereen verplicht een achternaam te dragen. Men koos soms maar wat. Vaak werd de voornaam met '-zoon' geslachts of achternaam, zoals Aelbertsz(oon) -Albertse, Jansz(oon) -Jansen of Janzen. Voor 1800 hadden velen echter al een achternaam, want vanaf de 17e eeuw werd het een mode. Maar verder terug, naar de middeleeuwen, droeg men bijna allemaal een voornaam met een tweede voornaam (van de vader). Nog verder terug werd er slechts één voornaam gedragen. Zo verdwijnt 21

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1991 | | pagina 23