Jaargang nr. 4 1990
VOORWOORD
Voor u ligt al weer het vierde jaarboekje van de Stichting Oud
Limmen. Dit keer een dikke aflevering omdat het 1250 jaar
geleden is dan de naam van ons dorp Limbon voor het eerst
werd vermeld.
Het is verbazend dat er altijd voldoende kopij voor het
jaarboekje is. Ook dit jaar was het boekje weer snel vol met
bijdragen van enthousiaste schrijvers; er moest zelfs flink
ingekort worden om aan de richtlijn van het bestuur te kunnen
voldoen. Of dit ook de komende jaren zo zal blijven? Uw
redactie is hierover vol vertrouwen. Bovendien zijn er in
Limmen vast nog wel velen, die een interessante historische
beschouwing willen geven of over een interessante
gebeurtenis of anecdote willen vertellen. Als u wilt kunt u uw
verhaal bij de werkgroep inleveren, of in geval van twijfel kunt
u tevoren contact met de werkgroep opnemen.
Er zijn dit jaar weer een aantal gevarieerde bijdragen van
verschillende aard.
Het jaarboekje begint met speculaties van de hand van de
heer Tjaden over de plaats waar de strijd tussen de Romeinen
en de Friezen bij het begin van de jaartelling plaatsvond.
Daarna onderneemt Kees Druyven een speurtocht naar de
oorsprong van de naam van ons dorp. Vervolgens beschrijft
Kees Droog het machtsevenwicht tussen de graven van
Holland, de heren van Egmond, de abdij van Egmond en de
stad Alkmaar vanaf Karel de Grote tot het begin van de 80-
jarige oorlog. Daarna bespreekt Piet Buur het voedsel en de
voedingsgewoonten van de mensen tot in de 17e eeuw. Ad
Valkering geeft een relaas over de winters van de afgelopen
300 jaar. Het blijkt dat zachte en strenge winters elkaar altijd al
afgewisseld hebben. Tenslotte lezen we in het verhaal
3