Jaargang nr. 3 1989
In de archieven kom je de namen tegen van de schippers uit
vorige eeuwen als: Winder, Lute, Dekker, Soomer en Hes.
Later, in onze eeuw, ook: Min en Kuiper.
Een schipper van de laatste eeuw:
Dirk Kuiper in zijn vlet bij het dusseldorper stet
Het haventje van Limmen ('t stet) was vroeger belangrijk voor
vervoer van vrachtgoed uit omliggende dorpen, naar steden
als Amsterdam, Haarlem, Utrecht en andere plaatsen. De
boeyers voerden een zeil; maar natuurlijk had je daar alleen
wat aan als er wind was en dan ook nog uit de goede richting.
Op de smalle vaarten kan je nou eenmaal niet laveren.
De schippersknechts liepen dan op het jaagpad naast de
vaart, en trokken de boeyer voort door middel van een
trektuigje dat met een touw aan de boot was verbonden.
Gekomen bij zjsloten of kruisingen met vaarten of kanalen,
moesten de knechts dan aan boord komen en met de kloet of
bomer de schuit voorbij zo'n kruising duwen. Dat was
'mannenwerk', daar had je stoere knapen voor nodig. Nou, die
waren er ook in die dagen wel.
21