Jaargang Nr. 2 1988
Door het ontbreken van bedden, waren de vrouwen gedoemd om op de
vloer te slapen of zittend op het bankje. Zo heeft de gevangenschap acht
dagen geduurd.
Opmars naar de galg
In de intimidatie-technieken van de Duitsers paste het om gevangenen te
verhoren, nadat zij eerst een poos, onder zeer slechte omstandigheden,
gevangen gezeten hadden. Aldus murw gemaakt zouden zij eerder tot
bekennen bereid zijn.
Na een dag of zeven werd Theo uit z'n cel gehaald en voor de bekende
S.D.-agent Kapteyn geleid, teneinde nu eens goed aan de tand te worden
gevoeld. 'Herr' Kapteyn bediende zich van de duitse taal. Hij zal voor ogen
hebben gehad dat snauwen in de duitse taal heel wat indrukwekkender
klinkt dan dat 'slappe nederlands'.
De man die Theo van z'n cel naar Kapteyn had gebracht, liet bij het
verlaten van het verhoor-kamertje de deur open staan. Theo pakte de
deurkruk en sloot die deur. Daarop kwam Kapteyn naar Theo toelopen en
gaf hem met de vlakke hand een harde klap midden in z'n gezicht; terwijl
hij hem in het Duits toebrulde: "Laat die deur open, ik heb jou geen bevel
gegeven die te sluiten."
Het verhoor had voor de ijverige S.D.-man niet het zo vurig door hem
gewenste resultaat. Theo ontkende dat hij joden had geholpen en Kapteyn
kon z'n verdenking niet hard maken. Er zat niets anders op dan de familie
Hollander maar weer los laten en dat gebeurde dan ook.
Dat Kapteyn inmiddels al aan zijn eigen 'opmars naar de galg' begonnen
was, drong toen nog niet tot hem door.
Na de oorlog, in 1945, bezocht Ali Hollander, die een belangrijke
koerierster in de illegaliteit was geweest, samen met mensen van de
Binnenlandse Strijdkrachten, de gevangenis in Scheveningen,
Nu waren de rollen omgedraaid. In een cel van de ter dood veroordeelden
zat oud-S.D.-man Kapteyn op de
38