Jaargang Nr. 2 1988
Al spoedig kwamen er meer gasten in het café en het werd er gezellig.
Daar kwam nog bij dat er in die dagen genoeg was om over te praten. Het
gesprek van de dag was toen juist 'Het algemeen Kiesrecht'. De 'linksen'
eisten dat het stemrecht voor iedereen zou moeten gelden. Nou, dat was
natuurlijk erg omstreden. "Wat zouden arme mensen en vrouwen nou
moeten met stemrecht; die hadden immers totaal geen verstand van
politiek" was het oordeel van het behoudend volksdeel. Gelukkig waren er
vóór- en tegenstanders in de kroeg, zoat er vaart in de discussie bleef.
Nou was de conducteur een stadsmens en die lui waren nog wel eens
links. Dorpelingen waren in die dagen wat behoudender en dat was te
merken want ze waren vaak heel moeilijk van hun stuk te krijgen
Juist toen de conducteur met nieuwe troeven probeerde zijn gelijk te
staven, viel zijn oog op de nog altijd lege kruiken. "Ja, m'n knecht", sprak
nu Grietje, op haar eigen laconieke toon, "Daar ben je nou te laat mee
hoor; de tram kan hier over tien minuten zijn. Maar geef maar hier je
kruikies dan zal ik je wel uit de penarie helpen; dat water van mij is ook
prima en doet voor putjeswater niet onder."
En Grietje vulde de kruiken met het water uit haar eigen pomp.
Zo was de conducteur gered. Hij kwam met het heilige water bij z'n
klanten en och, misschien hielp dat water wel even goed. De afstand
tussen Tolhuis en Putje is hemelsbreed immers een stukje van niks...
P. A. van der Steen
24