Jaargang Nr. 2 1988
te kunnen kopen.
Daar werd ronduit honger geleden.
De boeren konden het door hen geproduceerde voedsel dan ook niet
tegen lonende prijzen afzetten, met het gevolg dat die op hun beurt weer
niet konden investeren. De ambachtsmensen hadden daardoor ook weinig
te doen en de kleinhandelaren voelden een en ander in hun nering terug.
Zo zakt dan een heel economisch stelsel als een kaartenhuis in elkaar.
Daar kwam voor de boeren nog van tijd tot tijd de veepest bij. Sommigen
zagen in enkele jaren tijd hun veestapel tot de helft of minder slinken. In
de 18" eeuw waren corruptie en connectie stevig ingeburgerd en terwijl de
regentenfamilies elkaar de beste baantjes betwistten, verpauperde het
volk, vooral in de steden, steeds verder.
De charitatieve instellingen moesten bij de welgestelden hun gaven zien
bijeen te scharrelen en gelukkig maar dat in die tijd het uitzicht op de
eeuwige verdoemenis nog algemeen aanvaard was, want anders hadden
die instellingen het wel kunnen vergeten.
Dat was zo'n beetje de toestand in de Republiek zo rond 1780. Maar
natuurlijk broeide het. De Patriotten (dat waren de tegenstanders van
Oranje en de regenten) ontketenden een revolutie in 1787, teneinde de
Oligarchie te verwijderen.
Zij slaagden er in om de macht van stadhouder Willem V in het gewest
Holland te breken. Helaas was dat echter niet van lange duur. Het te hulp
geroepen Pruisische leger herstelde de macht van de stadhouder en de
regenten. De restauratie volgde en de oligarchie ging door als of er uit de
gebeurtenissen niets viel te leren.
Maar dan komt Parijs in opstand en in 1789 wordt de BastilIe bestormd. In
Frankrijk volgt de revolutie.
In 1795 komen de Fransen in de Republiek der Verenigde
11