Jaargang nr. 1 1987 De naam van de eerste pastoor, Boudijn, wordt erin genoemd en de namen van een aantal parochianen die als getuigen voor dit stuk opgeroepen waren. In een oorkonde uit het jaar 1231 treedt als getuige op, de Limmense priester Mauritus, in een proces tussen de Abdij en de Graven van Egmond. Uit de aanvullingen op de leenregisters van de Graven van Holland in het rijksarchief te Den Haag stamt de mededeling dat in 1291, donderdags voor 'half vasten' (de tweede zondag van de vasten), Graaf Florenz aan Arnoud van Uitgeest schenkt twee daar gemelde landen in de 'gescheiden' tussen Limmen en Uitgeest. DE VEERTIENDE EEUW In 1316 beleende Graaf Willem III Jan van Berghem na de dood van diens oom Hendrik van Diepenheim, maar met instemming van de laatste, met het ambacht Sloten en met bezittingen in Castricum en Limmen. In 1324 gaf dezelfde graaf toestemming aan Lijnen van Haarlem, zijn mejer te Limmen, om de pacht die hem (de graaf) verschuldigd is gerechterljk in te panden. In 1360 wordt gewag gemaakt van onrust in het dorp. Limmen kreeg voortdurend andere leenheren met veranderingen in het bewind en daarover was heel wat strijd. De abdij van Egmond en de Graven van Egmond (oorspronkelijk hun rentmeesters) zaten elkaar ook regelmatig in de haren en dat had zijn weerslag op het dorp. In datzelfde jaar werd de pastoor van Limmen, Huig Jansz., door handlangers van de graaf vermoord. Hij zou getuigen voor de abdij in een zaak tussen de abdij en de graaf. Door een aantal oorzaken (oorlogen, de pest en watersnoden) liep het inwonertal van Limmen terug; daarvoor was het duidelijk welvarender geweest. Hertog Albrecht bracht, vanwege onmacht, het aantal riemen voor de heervaart terug van 20 naar 10. De 'heervaart' was een verplichte dienstverlening voor oorlog en grote werken; de 'riemen' was het aantal mensen dat per dorp moest worden opgebracht. In 1399 werd het aantal riemen verder teruggebracht van tien naar vijf. 4

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Stichting Oud Limmen | 1987 | | pagina 5