Jaargang nr. 1 1987
No. 26
Proces-Verbaal van Onderzoek.
Op heden den zeven en twintigsten der maand October des jaars achttien
honderd en achttien compareerde voor mij Schout der Gemeente Limmen,
Maximilianus Ludovicus Nuijens, oud zestig Jaren, van beroep Chirurgijn,
wonende alhier, welke mij verklaarde, dat hij ter mijner requisitie op den
avond van den zes twintigsten dezer het lijk van den
Scheeps-Kapitein Pieter Sjbrands had geschouwd en bevonden dat de
snede aan de linkerzijde van den hals geenszins gevaarlijk was geweest
en door de zelve geene aderen of bloedvaten waren gekwetst geworden,
maar dat de Steek aan de rechter zijde des hals van eenen gansch
anderen aard was, dat daardoor de Strot-ader gewond en de Strot zelve
na genoeg aan die zijde was afgestoken; dat het hem zelfs voorkwam dat
de ongelukkige zich daar meer dan eens gestoken had, uit hoofde van de
wijdte en de verbasende diepte des snede, waardoor de wond van eenen
dodelijken aard was en de lijder veel bloed is kwijt geraakt, 't geen men op
de plaats waar het voorgevallen is, heeft kunnen ontdekken, daar men de
rigtingen van zijnen loop heeft kunnen volgen tot aan het water waarin de
ongelukkige zich gestort heeft welligt om zijnen dood te verhaasten.
Van al het welk wij hebben opgemaakt dit Proces-verbaal 't welk de
Comparant na gedane voorlezing mede heeft ondertekend.
act. Max.-L. Nuijens
M. H. Veldjk
Piet van der Steen
13