Simon Zuurbier
pieter kieft
De laatste jaren van Pieter Kieft
Archief van het Provinciaal Bestuur van Noord-Holland
(1814-1850);
Archief gemeente Castricum (1812-1915);
Archief Hof van Assisen, dossier 2964;
Bevolkingsregister 1830;
Burgerlijke stand;
Kadaster en Hypothecaire Registers;
Notariële archieven;
Resolutie Boek van Schepenen en het Gemeente
Bestuur van Castricum (1786-1808);
Steeman-Borst, E.A., Het Knophuis en zijn bewo
ners, 18e Jaarboekje (1995);
Steeman, W., De dorpsschool van Castricum in de
jaren 1800 tot 1860, 11e Jaarboekje Oud-Castricum
'(1988):
Zuurbier, S., Wie was Jan de Quack, 4e Jaarboek
je Oud-Castricum (1981);
Zuurbier, S. De schelpenvisserij in Castricum, 21e
Jaarboekje Oud-Castricum (1998).
oordeling van burgemeester Pieter Kieft zal enorm veel
tumult hebben gegeven bij de plaatselijke bevolking. Van
zijn vertrek zal in Castricum met de nodige opluchting
kennis zijn genomen. Na de komst op 6 februari 1837
van zijn opvolger Jan de Quack breekt een stabiele peri
ode aan. Jan de Quack is een veelzijdig mens. Hij geniet
landelijke bekendheid als toneelschrijver en dichter, is
al sinds 1828 burgemeester van Beverwijk en neemt op
67-jarige leeftijd het ambt van burgemeester en secretaris
van Castricum op zijn schouders. Hij heeft toestemming
om in Beverwijk te blijven wonen.
Pieter Kieft hertrouwt op 6 mei 1840 te Amsterdam met
Maria Helena Korte, de huishoudster die al in 1830 bij het
gezin Kieft in Castricum woonde. Zijn eerste vrouw, Betje
Smit, was in 1838 in Castricum overleden. In 1842 wordt
Pieter nog genoemd als kastelein, wonende te Amsterdam.
Een jaar later, op 29 april, overlijdt Pieter Kieft in zijn
woonhuis op de Oude Waal bij de Jonkerdwarsstraat op
nummer 63. Zijn tapperij is ondergebracht in dit huurhuis.
Bij de aangifte voor de successiebelasting blijken zijn
bezittingen zich te beperken tot huisraad en de inboedel
van de tapperij. De nog openstaande rekeningen voor
geleverde jenever, de dokter en de begrafeniskosten over
treffen de waarde van het bezit.
Zo komt er een roemloos einde aan het leven van iemand
die een enorme invloed heeft gehad op de Castricumse
gemeenschap gedurende ruim dertig jaar aan het begin
van de negentiende eeuw.
Bronnen:
3"